Search

Preken

Onderwerp 9: Romeinen (commentaren over Romeinen)

[Hoofdstuk 8-9] Alle Dingen Werken Samen voor het Goede (Romeinen 8:28-30)

(Romeinen 8:28-30)
“En wij weten, dat dengenen, die God liefhebben, alle dingen medewerken ten goede, namelijk dengenen, die naar Zijn voornemen geroepen zijn. Want die Hij tevoren gekend heeft, die heeft Hij ook tevoren verordineerd, den beelde Zijns Zoons gelijkvormig te zijn, opdat Hij de Eerstgeborene zij onder vele broederen. En die Hij tevoren verordineerd heeft, dezen heeft Hij ook geroepen; en die Hij geroepen heeft, dezen heeft Hij ook gerechtvaardigd; en die Hij gerechtvaardigd heeft, dezen heeft Hij ook verheerlijkt.” 
 

Vandaag zullen we de bovenstaande passage in Romeinen hoofdstuk 8 bekijken. Er wordt gezegd dat God ons voorbestemd, geroepen en verheerlijkt heeft die in Jezus Christus, de Zoon van God, zijn. We zullen hierover praten, en ook over hoe mensen geneigd zijn de Doctrine van de Geleidelijke Heiligmaking te begrijpen.
Romeinen 8:28 zegt, “En wij weten, dat dengenen, die God liefhebben, alle dingen medewerken ten goede, namelijk dengenen, die naar Zijn voornemen geroepen zijn.” We moeten nadenken over wie “dengenen die God liefhebben” zijn. 
Werkten alle dingen werkelijk ten goede samen? God zei het zo. In het begin, voordat God de mensen schiep, was Hij van plan om van ons Zijn volk te maken volgens Zijn doel en dat heeft Hij ten goede gedaan in Jezus Christus, Zijn eniggeboren Zoon. 
We moeten niet vergeten dat in de Hof van Eden de boom van de kennis van goed en kwaad stond. “Waarom heeft God deze boom geplant? Het zou beter geweest zijn als God de boom van de kennis van goed en kwaad helemaal niet geplant had.” Veel mensen vragen zich dit af. 
Maar het was Gods diepgaande doel en plan. God schiep mensen om ze naar Zijn eigen beeld te maken. In feite was de mensheid niet anders dan de rest van de schepping totdat we Gods gerechtigheid ontvingen. 
 


Waarom heeft God de boom van de kennis van goed en kwaad geplant? 


Daarom moeten we weten waarom God Adam en Eva gebood niet van de boom van de kennis van goed en kwaad te eten. Wat was de reden? Het was om de mensen onder de Wet van God te houden en ons Zijn kinderen te maken door ons door Jezus Christus te verlossen. Alle gerechtigheid van God is verborgen in het Woord, “dat dengenen, die God liefhebben, alle dingen medewerken ten goede.” Aangezien God zei, “En wij weten, dat dengenen, die God liefhebben, alle dingen medewerken ten goede, namelijk dengenen, die naar Zijn voornemen geroepen zijn” (Romeinen 8:28), moeten we het antwoord op de vraag vinden in het evangelie van het water en de Geest, gegeven door Jezus Christus. 
Om dit te doen, moeten we eerst het evangelie van God erkennen. We zullen ons dan realiseren dat alles wat God regelt en doet, goed is. Maar om deze waarheid te begrijpen, moeten we wedergeboren zijn door het geloof in het evangelie van het water en de Geest. We moeten het antwoord zoeken in het evangelie dat God ons heeft gegeven. 
De reden waarom God ons schiep, de boom van de kennis van goed en kwaad plantte in de Hof van Eden, Adam en Eva ervan liet eten en ons de Wet te kennen gaf, was om ons Zijn eigen kinderen te maken. Onze Heer, die ons allemaal heeft verlost, liet dit alles gebeuren, zodat Hij ons de vergeving van zonden, het eeuwige leven, de heerlijkheid en de Hemel kon geven. God maakte de mens uit stof en de mensheid werd gemaakt en geboren om zwak te zijn. De Bijbel vergelijkt ons vaak met vaten van klei. God, die de pottenbakker is, vormde de mens uit klei. Hij vormde de mens uit stof en blies hem de liefde van het water en de Geest in. God heeft ons de waarheid van het water en de Geest gegeven om ons Zijn eigen kinderen te maken. 
Aardewerk dat met klei is gemaakt, breekt gemakkelijk. Op deze manier schiep God eerst het lichaam en de geest van de mens om zwak te zijn om hem tot Zijn kind te maken. Zijn doel werd vervuld door Jezus, die alle zonden van de mensheid wegwaste en hen bekleedde met Gods heiligheid, om hen eeuwig leven te geven door hen wedergeboren te laten worden met het evangelie van het water en de Geest. Daarom heeft God ons vanaf het begin onvolmaakt en zwak gemaakt, in plaats van onberispelijk. 
 


Waarom schiep God de mens in het begin zwak?


Waarom plantte God de boom van de kennis van goed en kwaad in Eden en gebood Adam en Eva er vervolgens niet van te eten? De reden hierachter moet begrepen en geloofd worden binnen het evangelie van het water en de Geest. Waarom zei God dat het zaad van de vrouw Satans hoofd zou vermorzelen en dat Satan Zijn hiel zou vermorzelen toen Adam en Eva vielen en zondigden? Al deze dingen moesten mensen tot Zijn eigen kinderen maken. Het was Zijn plan voor ons in Jezus Christus, Zijn eniggeboren Zoon. 
Wie worden dan volgens Gods voornemen “geroepen”? Het zijn diegenen die hun zonden en ongerechtigheden erkennen en de liefde en genade van God zoeken. We moeten ons realiseren dat de theologische beweringen van de Doctrine van Onvoorwaardelijke Verkiezing en de Doctrine van Geleidelijke Heiligmaking verkeerd zijn. De Doctrine van Onvoorwaardelijke Verkiezing is verkeerd, omdat onze God niet het soort God is die zomaar iemand onvoorwaardelijk kiest en anderen zonder reden in de steek laat. 
Diegenen die God kiest en roept zijn zij die wanhopig zijn over hun zonden en belijden dat zij geen andere keuze hebben dan naar de hel te gaan, het zijn diegenen met wie God genade heeft en die Hij roept met Zijn evangelie van het water en de Geest.
Onder de talloze mensen die in deze wereld zijn geboren en naar God zijn teruggekeerd, wordt er niet één door God gekozen of verlaten zonder enige reden. Als God u niet zonder reden zou kiezen, zou u tegen God protesteren. Het zou onzin zijn om te zeggen dat God u of iemand zonder enige reden het kind van de duivel heeft gemaakt. Dit is niet wat God heeft gedaan. 
Als u niet door God bent gekozen, is dat omdat u niet in het evangelie van het water en de Geest gelooft. Als u niet gelooft in het evangelie van het water en de Geest dat door God is gegeven, dan zal God u verlaten, want onze Heer zei, “want Ik ben niet gekomen om te roepen rechtvaardigen, maar zondaars tot bekering” (Mattheüs 9:13). Wat de theologen helaas gedaan hebben, is onze God in een onverdraagzame en bevooroordeelde God te veranderen. 
 


Wie worden er geroepen volgens de wil van God?


Diegenen die door God worden geroepen, zijn de zondaars die naar de hel gaan. Zij komen naar God en belijden dat zij het verdienen om naar de hel te gaan, omdat zij zwak zijn en geen andere keus hebben dan Zijn geboden ongehoorzaam te zijn totdat zij sterven. God roept zondaars en reinigt hun zonden met het evangelie van het water en de Geest. Hij roept diegenen die geen andere keus hebben dan naar de hel te worden gestuurd en verlost hun van hun zonden met het evangelie van het water en de Geest. 
God is niet gekomen om mensen te roepen die goed zijn en gehoorzaam aan de Wet. God roept diegenen die echt hun best doen om volgens Zijn wil te leven, maar erkennen dat hun zwakheden hen tot zonde dwingen, hoewel zij in God geloven en op Hem vertrouwen. Gods doel is om de zwakke, onvaste en krachteloze te roepen om hen rechtvaardig en Zijn kinderen te maken. Dit is Gods roeping volgens Zijn wil. Alle dingen werken ten goede samen voor diegenen die volgens Zijn doel zijn geroepen.
We moeten in Gods roeping geloven. We moeten niet zeggen dat we zonder reden in Jezus geloven. Zulk geloof is niet het juiste geloof. Het juiste geloof is om in de Heer te geloven volgens Gods doel, niet volgens uw eigen doel. Dat betekent te geloven dat God onze zwakheden goed kent, dat Hij onze zonden voor eens en altijd wegnam en dat Hij ons dus zondeloos maakte. Door ons geloof op Gods doel te richten, het doopsel en het bloed van Jezus Christus, kunnen wij Zijn kinderen worden. Het is Gods wil om ons tot Zijn zondeloze kinderen te maken als wij Zijn doel erkennen en aanvaarden – dit zijn de mensen van wie God oprecht houdt en wie Hij roept.
 

Wie zijn diegenen die gekozen worden door God? 

God laat de mensen niet in rijen staan en kiest dan iedereen die aan Zijn rechterkant staat terwijl Hij zegt, “Kom en geloof in Jezus en ga naar de Hemel,” en draait dan naar Zijn linkerkant en zegt, “Ga maar naar de hel.” 
Calvinisten beweren dat God bepaalde mensen zonder enige reden koos en besloot de rest vanaf het begin te verbannen. Maar God is niet zo. God heeft ervoor gezorgd dat alle dingen ten goede samenwerken voor diegenen die volgens Zijn doel worden geroepen. Het is onzin om te denken dat we zonder reden onvoorwaardelijk zijn gekozen. 
Is God dan een onrechtvaardige God? Zeker niet. Iedereen is gelijk voor zowel God als Zijn Wet. Iedereen is ook gelijk voor het oordeel. We hebben de genade van de zaligmaking van God ontvangen, die ons door Jezus Christus van onze zonden heeft gered. De kans om in deze waarheid te geloven is ook voor iedereen gelijk. Hij laat diegenen die Gods doel aanvaarden en hun zwakheden kennen, het evangelie van het water en de Geest beseffen en erin geloven.
Wat zijn dan de ware goddelijke voorbestemming en verkiezing? Ze zijn voor ons om geroepen te worden volgens Gods doel in het evangelie van het water en de Geest dat Hij ons heeft gegeven. Omdat God onze zonden door Jezus heeft weggenomen en van plan was ons Zijn kinderen te maken, zijn we in deze wereld geboren en hebben we een kans gekregen om het evangelie te horen. God heeft dit alles van tevoren in Jezus Christus gepland. Dit was Gods plan. Als we in de aanwezigheid van God komen, moeten we daarom eerst overwegen of we zoals Jacob of Ezau zijn. 
De Geschriften vertellen ons dat God van Jakob hield terwijl Hij Ezau haatte. Het spreekt ook over Kaïn en Abel en dat God van Abel hield maar Kaïn haatte. Haatte God Ezau en Kaïn en hield Hij van Jakob en Abel zonder reden? Nee. Het was omdat Ezau en Kaïn alleen op hun eigen kracht vertrouwden en nooit om Gods genade vroegen, terwijl Jakob en Abel hun zwakheden kenden en om Gods genade vroegen en op Zijn Woord vertrouwden. 
De Geschriften leggen Gods voorbestemming en verkiezing uit door deze mensen als voorbeeld te nemen. Aan welke kant behoren wij? Kunnen we God ontmoeten als we op onze eigen kracht vertrouwen, net zoals Ezau dat deed? Nee, dat kunnen we niet! De enige manier hoe we God kunnen ontmoeten is door het evangelie van het water en de Geest dat vervuld is met Gods genade. Aan welke kant staan wij voor God? Wij zijn diegenen die gezegend willen worden in de aanwezigheid van God, maar we falen iedere keer omdat we zwak zijn. Ook al willen we leven volgens Gods doel, we zijn nog steeds zwak en onvast voor God en dus is het enige waar we om kunnen vragen Zijn genade. 
Als we door God gezegend willen worden, moeten we zoals Jakob worden en het geloof hebben dat Abel had. We moeten voor God het feit erkennen dat we zwak, onvast en laf zijn. 
Psalmen 145:14 zegt, “De HEERE ondersteunt allen, die vallen, en Hij richt op alle gebogenen.” Werkelijk, iedereen buigt neer in de aanwezigheid van God. We hebben geen moed. We sluiten compromissen voor het kleinste voordeel. We zijn slaafs. We lijken vaak moedig, maar het is slechts voor een seconde. Als we ons leven van dichtbij bekijken, kunnen we gemakkelijk zien hoe slaafs wij zijn. We onderwerpen ons aan de sterken en zelfs aan leugenachtige wezens die ons dwingen de waarheid te verwerpen. Maar God heeft de slaven geroepen om van hen te houden en hun de zaligmaking in Jezus Christus te geven en Hij heeft hen tot Zijn kinderen gemaakt. 
We hoeven ons maar te realiseren hoe zwak en zondig we zijn om door God bemind te worden. We moeten ons afvragen of we de Wet echt tot volle tevredenheid kunnen gehoorzamen. We moeten dan tot een plotse bewustwording komen dat we gewoon niet in staat zijn om ons aan de Wet te houden, en dat we als zodanig geen volmaakte levens kunnen leiden. 
Als we volmaakt waren, zouden we de Verlosser nooit nodig hebben. Als we volmaakt zijn, waarom zouden we dan Gods hulp en zegeningen nodig hebben? Omdat we zo zwak zijn voor God, hebben we Zijn zegeningen nodig. We hebben Zijn genade nodig. Gods medeleven voor ons was zo sterk dat Hij Zijn eniggeboren Zoon stuurde en Hem al onze zonden op Zich liet nemen om ze weg te wassen. En God gaf het oordeel van de zonde aan Jezus in plaats van ons, zodat wij verlost konden worden van de zonde. Daar moeten we in geloven.
Alleen met dit geloof kunnen we de geliefde kinderen van God worden. Het is vanwege deze genade dat we gekleed zijn in Zijn liefde, en niet vanwege onze eigen inspanningen om onze eigen zaligmaking te bereiken. 
Hoewel veel christenen de Doctrines van Voorbestemming en Verkiezing onderwijzen en volgen, maken ze zich ook zorgen over deze doctrines. Dit komt omdat zij zich constant afvragen of ze door God gekozen zijn of niet. 
Deze twee doctrines vormen ongeveer 90% van de Calvinistische theologie. De vraag is of ze, ondanks hun geloof in Jezus, werkelijk gekozen zijn of niet, en dat maakt hun ongerust. Maar het gaat er niet om of u gekozen bent of niet. Wat wel belangrijk is, is dat u in het evangelie van het water en de Geest gelooft om gered te worden door Gods gerechtigheid te ontvangen. Zij die deze gerechtigheid van God door geloof hebben ontvangen, zijn de uitverkorenen. 
Er was eens een doctor in de theologie die beschouwd werd als een van de meesters van de conservatieve theologie. Hij hechtte veel waarde aan de doctrines van het Calvinisme, zoals de Doctrine van Voorbestemming en de Goddelijke Verkiezing. 
Op een dag gaf hij een lezing over deze onderwerpen toen een student vroeg, “Bent u dan door God gekozen? Hoe weet u wie God verkozen heeft?” 
De theoloog antwoordde, “Wie kan het weten? We zullen dit alleen te weten komen als we voor God staan.” 
Dus toen vroeg de student weer, “Wat zult u dan doen als u voor God staat en Hij zegt dat u niet verkozen bent?” 
De professor antwoordde, “Wat kan ik doen aan wat God al Zelf heeft besloten? Daarom zei ik dat u het alleen zult weten als u voor God staat.” 
De studenten dachten, “Hij is een erg nederig man. Zelfs een groot persoon als hij zegt dat hij niet weet of hij verkozen is of niet. Het is dus normaal dat niemand kan weten of hij/zij gekozen is of niet.”
Maar de waarheid waarin Gods gerechtigheid verborgen was, wordt nu duidelijk geopenbaard. Er waren een paar dingen die God voor de mens verborgen had gehouden, maar Hij heeft ze met de tijd aan hen geopenbaard. Hoe kunnen evangelisten het evangelie prediken als zij niet eens zelf weten of zij gekozen zijn of niet? Zij die door God geroepen zijn, zijn diegenen die in de gerechtigheid van God geloven. 
Romeinen 8:29 verklaart, “Want die Hij tevoren gekend heeft, die heeft Hij ook tevoren verordineerd, den beelde Zijns Zoons gelijkvormig te zijn, opdat Hij de Eerstgeborene zij onder vele broederen.” God de Vader had ons voorbestemd om ons te vormen naar het beeld van Zijn enige Zoon, Jezus Christus, zodat Hij de eerstgeborene zou zijn onder vele broeders. Hier wordt Jezus “de eerstgeborene” genoemd. Als we in Jezus geloven en in het evangelie van het water en de Geest dat Hij ons heeft gegeven, zijn we gered van al onze zonden en worden we Gods kinderen. Wat zou Jezus dan in relatie tot ons zijn? Hij zou onze oudste broer zijn. Hij is Gods eerstgeborene en wij zijn, Zijn jongere broers en zussen. 
Lang geleden, toen ik in een gebedshuis woonde, bezocht een oude evangelist mij. Hij was in Jezus gaan geloven toen hij in China was en kwam toen naar Korea. Ik hoorde hem op een dag bidden, en dit is wat hij zei: “Broeder Jezus en God de Vader, dank u dat u mij gered heeft. Broeder Jezus, help mij alstublieft.” Jezus is onze broer!
We kunnen ons afvragen of God alles van ons weet. Het antwoord is ja, Hij weet alles van ons. God de Vader weet alles van ons. Zelfs voor de schepping van deze wereld, was Hij van plan ons van onze zonden te redden door Zijn eniggeboren Zoon. Dit was Gods plan. Zijn Zoon Jezus kwam naar de wereld, werd gedoopt en gekruisigd om ons van onze zonden te redden. God had het al gepland. 
We kunnen zeggen dat God vóór de grondlegging van de wereld een “driedelige conferentie” bijeenriep. De Goddelijke Drie-eenheid –De Vader, de Zoon en de Heilige Geest– waren van plan de mensen die in Zijn gerechtigheid geloven te verlossen. Zijn plan was om de mensen te scheppen en van hen Zijn kinderen te maken om met hen samen te leven in Zijn volmaakte Koninkrijk.
De Vader, de Zoon en de Heilige Geest waren het allemaal eens over het plan. Toen, terwijl Hij erover nadacht hoe Hij de mens zou scheppen en de mensheid tot Zijn kinderen zou maken, was God van plan om de Zoon, Jezus, naar de wereld te sturen en Hem te laten dopen en ter dood brengen aan het Kruis, zodat zij naar het beeld van Zijn Zoon gevormd konden worden.
Wat was het doel van God om ons te scheppen? Het doel was om ons Zijn kinderen te laten worden. Is Jezus de eerstgeborene van God? Ja, dat is Hij en omdat wij de Kinderen van God zijn geworden, zijn wij ook Zijn broeders en zusters. 
Toen Jezus 33 jaar op deze aarde leefde, ervoer Hij alle menselijke zwakheden en gebreken. Daarom zeggen wij als we bidden, “Jezus, ik ben zo zwak. Zo ben ik. Help me alstublieft, en bescherm me. Verzacht de harten van de mensen om Uw Woord te aanvaarden, waak over hun, geef genade en help hun.” De Heer hoort en beantwoord onze gebeden. Bidden tot Jezus en bidden tot God is hetzelfde. 
Wat was het doel van God om ons te scheppen? Het was om ons tot Zijn kinderen te maken. God weet alles van ons. Hij liet ons in deze wereld geboren worden en Hij redde ons van al onze zonden door het doopsel van Jezus en Zijn bloed aan het Kruis, omdat Hij voorbestemd had, zelfs vóór de grondlegging van de wereld, om ons als Zijn eigen zonen en dochters te adopteren. Hij kent daarom niet alleen onze levens en dood, maar elke beweging die we maken. Hij weet wanneer we geboren zijn, uit wie we geboren zijn, wanneer we getrouwd zijn, wanneer we onze eigen kinderen baarden en wat er met ons in ons leven gebeurde. God, die alles over ons leven weet, gaf ons het evangelie van het water en de Geest zodat we in Jezus Christus kunnen geloven en Gods kinderen kunnen worden.
God kende ons van tevoren en heeft ons voorbestemd. Romeinen 8:30 verklaart, “En die Hij tevoren verordineerd heeft, dezen heeft Hij ook geroepen; en die Hij geroepen heeft, dezen heeft Hij ook gerechtvaardigd; en die Hij gerechtvaardigd heeft, dezen heeft Hij ook verheerlijkt.” Ik kan niet genoeg benadrukken hoe belangrijk het voor ons is om deze passage te begrijpen en erin te geloven.
Veel mensen gebruiken het bovenstaande vers om de Doctrine van Geleidelijke Heiligmaking te ondersteunen. Gebaseerd op deze passage – dat God ons heeft voorbestemd, ons riep, ons rechtvaardigde en verheerlijkte – beweren zij dat dit de reden is waarom God ons zonder zonde beschouwt, zelfs al hebben we zonde in ons hart en dat na een periode van heiligmaking, we verheerlijkt zullen worden, alsof er fasen zijn waardoor we heilig worden.
Heeft God niet alle zondaars voorbestemd om hen in Jezus Christus te roepen? Hij riep ons allemaal en toch reageren sommige mensen niet op Zijn geroep. Zij zijn net als Ezau en Kaïn. Zij zijn diegenen die naar de hel worden gestuurd. 
 

In de genade van God

God de Vader was van plan ons te roepen in Zijn eniggeboren Zoon, Jezus Christus en heeft ons voorbestemd om als Zijn eigen zonen/dochters geadopteerd te worden door onze zonden weg te wassen met het water en het bloed. Mensen die nog steeds niet naar God gaan, zelfs als Hij hun roept, vallen buiten Gods zaligmaking. Zulke mensen zijn uitgesloten van Zijn genade, op weg naar de hel. Maar er zijn ook mensen die Gods roep gehoorzamen. Zij zeggen, “Heer, ook al ben ik zo zwak, wilt u iemand zoals mij accepteren?” 
God zegt, “Natuurlijk wil Ik dat.” 
“Werkelijk? Zult U mij accepteren terwijl ik zo zwak ben?” 
“Natuurlijk zal Ik u accepteren.” 
“God, ik heb u niets bijzonders te bieden en ik kan zelfs niet beloven dat ik van nu af aan goed zal zijn.” 
“Ik zal u toch accepteren.” 
“Ik weet niet zeker dat ik beter zal worden en ik ben niet eens in staat om dit te doen.” 
“Ik zal u toch accepteren.” 
“Het is waarschijnlijk omdat u me niet kent. U zult in mij teleurgesteld zijn.” 
Schamen we ons niet en willen we ons niet ergens verstoppen, als we weten hoe we zijn en toch zegt iemand dat hij/zij werkelijk in ons gelooft? Waarom willen we ons verstoppen? We willen ons verstoppen omdat we niet in staat zijn om beter te worden en we kunnen zelfs niet volhouden wat we tot nu toe hebben gedaan. 
Daarom blijven we vragen, “Zult U me zelfs nog accepteren als ik zwak ben? Zult U me werkelijk accepteren? Staat U mij toe in U te geloven? Kan iemand zoals ik de vergeving van zonden ontvangen? Kan iemand zoals ik rechtvaardig worden ook al ben ik in de toekomst niet in staat om goed te zijn?” Maar onze God heeft de macht om een wilde olijfboom in een gecultiveerde olijfboom te veranderen.
We zijn van oorsprong olijfbomen, die van nature wild zijn, maar we werden gecultiveerde olijfbomen door het evangelie dat Jezus ons heeft gegeven. Hij riep ons die alleen kunnen zondigen. Riep Hij ons toen wij maar een klein beetje zwak waren? Hij riep ons ook toen wij absoluut tekortschoten. Hij riep ons in Jezus Christus ondanks onze zeer ernstige tekortkomingen en gapende zwakheden. Hij riep ons die zwak en onvast waren. Wat deed Hij nadat Hij ons geroepen had? Hij nam al onze zonden weg en gaf ons Zijn gerechtigheid zodat wij het eeuwige leven kunnen hebben.
Hoe deed Hij al deze dingen? In hoofdstuk 3 van Mattheüs wordt ons verteld dat Jezus naar de wereld kwam en gedoopt werd om alle gerechtigheid te vervullen die God voor de hele mensheid had ingesteld. Jezus werd door Johannes gedoopt, nam alle zonden van de mensheid op Zich, stierf aan het Kruis terwijl Hij al hun zonden droeg en herrees van de dood op de derde dag om hun van de zonden van de wereld te redden. Hij gaf ons een nieuw leven en door dit te doen, heeft Hij ons gerechtvaardigd en al onze zonden weggewassen. Jezus riep ons, waste onze zonden met het water en het bloed weg, gaf ons Gods gerechtigheid, maakte ons zondeloos en verheerlijkte ons, die Hij gerechtvaardigd heeft, door ons de kinderen van God te maken.
Jezus verheerlijkte ons om de Hemel binnen te gaan en eeuwig als Gods kinderen te leven. Begrijpt u dit? Maar de religieuze doctrines leren dat, hoewel u een zondaar bent, als u in Jezus gelooft, geleidelijk aan heilig zult worden en dat u tegen de tijd dat u sterft voor God zult staan als een volmaakt persoon. Dit gaat tegen de waarheid in. Dit is niet het ware geloof. Dit soort geloof is voor de Doctrine van Heiligmaking, niet voor de waarheid.
De Heer heeft ons van onze zonden gered en God heeft ons voorbestemd, ons geroepen, onze zonden met het water en het bloed in één keer weggewassen, ons Zijn kinderen gemaakt, die geheiligd zijn en ons gezegend, zodat we het Koninkrijk van God in heerlijkheid kunnen binnengaan. Dit is de waarheid en zo sprak Hij over de waarheid, door alle zegeningen in Jezus Christus in één zin samen te voegen. Deze passage heeft het niet over de zeven fasen van de Doctrine van Geleidelijke Heiligmaking. Het zegt niet dat we geleidelijk volmaakt zullen worden nadat we door de zeven fasen zijn gegaan om volledig geheiligd te worden.
Romeinen 8:30 zegt niet dat God ons zal roepen nadat we in Jezus zijn gaan geloven, of dat we geheiligd zullen worden als we ouder worden. Het zegt ook niet dat we stap voor stap de ladder naar de zaligmaking zullen opklimmen totdat we de volledige heiligheid bereiken. Toen wij Jezus Christus kenden en Jezus Christus ons riep, vergaf Hij onze zonden voor eens en altijd met het water en het bloed. Als we met dit evangelie van de waarheid voor God komen, zullen we in Zijn armen ontvangen worden. 
Sommige mensen zeggen, “Ik kende mijn eigen zonden nog niet eens, maar na het horen van de preek begon ik me ervan bewust te worden. Er zijn een of twee zonden die ik me herinner uit het verleden en ik zal waarschijnlijk in de toekomst blijven zondigen, dus ik denk dat ik niet in God kan geloven.” Maar dat klopt niet. We zouden in plaats daarvan zo moeten denken, “Ach! Het is waar. Ik kende mijn eigen zonden niet, zelfs niet toen ik ze beging. Het hele Woord van God is juist. Ik moet in Zijn Woord geloven, maar ik ben niet in staat om ernaar te leven. Ik ben een onvermijdelijk ernstige zondaar, die voorbestemd is om naar de hel te gaan. Daarom kwam Jezus.”
We zijn zondeloos gemaakt door in Jezus te geloven en de vergeving van de zonden te ontvangen. We werden geheiligd en God maakte ons Zijn kinderen. Omdat we de kinderen van God zijn, zijn we in staat om de Hemel binnen te gaan en verheerlijkt te worden. Dit is Gods gerechtigheid en de waarheid.
God heeft ons voorbestemd, ons geroepen, gerechtvaardigd en verheerlijkt. U zult denken dat de Doctrine van Geleidelijke Heiligmaking juist is, terwijl u zegt, “Ik zal geleidelijk veranderen en een zondeloos persoon worden.” Maar u wordt in één keer gerechtvaardigd en geheiligd op het moment dat u in het evangelie van het water en de Geest gelooft. Uw hart verandert niet in fasen. Uw hart zal in één keer zondeloos worden en het is uw geloof dat geleidelijk groeit als u in het Woord van God en Zijn kerk gelooft. 
Ons geloof groeit geleidelijk naarmate we gevoed worden door het Woord van God, om uiteindelijk het punt te bereiken waarop we zelfs anderen kunnen onderwijzen. Maar de bewering dat we Gods kinderen zullen worden nadat we nog vollediger en zondelozer zijn geworden, is niet gebaseerd op de Bijbel. We worden in één keer geheiligd en zondeloos.
Heeft God ons geroepen in overeenstemming met Zijn voorbestemming in Christus Jezus? Ja, dat deed Hij. Hij riep ons in Jezus Christus en Hij maakte ons rechtvaardig en zondeloos. God rechtvaardigde ons en maakte ons zondeloos door Jezus Christus, nam ons aan als Zijn kinderen en verheerlijkte ons om Zijn Koninkrijk binnen te gaan. 
We werden in één keer rechtvaardig door in de zaligmaking van Jezus Christus te geloven, die alle gerechtigheid van God vervulde. We zijn gezegend omdat we gehoorzaamden aan Gods geroep en geloofden dat Jezus al onze zonden wegwaste, om ons, ondanks onze ongerechtigheden, tot zondeloze en rechtvaardige kinderen van God te maken, de mensen van Zijn Koninkrijk.
Daarom is de Doctrine van Geleidelijk Heiligmaking niet juist. Het slaat nergens op. De Bijbel zegt ons duidelijk, “En die Hij tevoren verordineerd heeft, dezen heeft Hij ook geroepen; en die Hij geroepen heeft, dezen heeft Hij ook gerechtvaardigd; en die Hij gerechtvaardigd heeft, dezen heeft Hij ook verheerlijkt.” Geloof groeit geleidelijk, maar de vergeving van de zonden, kinderen van God worden en de Hemel binnengaan –dit alles gebeurt voor eens en altijd. Gelooft u hierin?
We zijn in staat om Gods kinderen te worden door in het evangelie van het water en de Geest te geloven. God heeft onze waardeloze levens van al onze zonden gered door de genade van het water en de Geest. Hebben we op enigerlei wijze iets voor God gedaan voor onze zaligmaking? Hebben we bijgedragen om rechtvaardig te worden? Er is niets dat we hebben gepland en niemand besluit in Jezus te geloven, zelfs niet voordat hij/zij is geboren. Is er iemand die besluit om in Jezus te gaan geloven terwijl hij/zij in zijn/haar moeders’ buik zit? 
We hoorden toevallig de waarheid van diegenen die het evangelie van het water en de Geest predikten, beseften dat het de waarheid is en dachten bij onszelf, “Ik heb geen andere keus dan erin te geloven; een zondig persoon zoals ik moet erin geloven.” Vanaf die tijd begonnen we in het evangelie van het water en de Geest te geloven, ontvingen we de vergeving van zonden en werden we Gods kinderen. 
Alleen de rechtvaardigen zijn Gods kinderen. God verheerlijkt hun voor altijd met de eeuwige rijkdommen en eer van het Koninkrijk van de Hemel. Dat is waar het bij verheerlijking om gaat. God heeft deze zegeningen gegeven aan de gelovigen die het evangelie van het water en de Geest aanvaarden. 
Loof de Heer!