Search

Preken

Onderwerp 9: Romeinen (commentaren over Romeinen)

[Hoofdstuk 8-12] Wie Durft Tegen Ons te Zijn? (Romeinen 8:31-34)

(Romeinen 8:31-34)
“Wat zullen wij dan tot deze dingen zeggen? Zo God voor ons is, wie zal tegen ons zijn? Die ook Zijn eigen Zoon niet gespaard heeft, maar heeft Hem voor ons allen overgegeven, hoe zal Hij ons ook met Hem niet alle dingen schenken? Wie zal beschuldiging inbrengen tegen de uitverkorenen Gods? God is het, Die rechtvaardig maakt. Wie is het, die verdoemt? Christus is het, Die gestorven is; ja, wat meer is, Die ook opgewekt is, Die ook ter rechterhand Gods is, Die ook voor ons bidt.”
 

In Romeinen 8:31-34 getuigt Paulus van Christus’ onafscheidelijke liefde voor de gelovigen door het evangelie van het water en de Geest samen te vatten en tot de eindconclusie te komen. Deze passage verkondigt de grote vreugde van de zaligmaking die bereikt wordt op het hoogtepunt van het geloof. 
Paulus zei in Romeinen 8:31, “Wat zullen wij dan tot deze dingen zeggen? Zo God voor ons is, wie zal tegen ons zijn?” Net als Paulus hebben we ervaren dat het evangelie van het water en de Geest straalt, naarmate de tijd verstrijkt en een nog groter evangelie van zaligmaking wordt, naarmate meer van onze zwakheden worden geopenbaard. Hoe meer wij het evangelie van het water en de Geest dienen, hoe meer wij met overtuiging en vreugde vervuld worden.
Paulus noemde het evangelie waarin hij geloofde “mijn evangelie” (2 Timotheüs 2:8). Het evangelie waarvan Paulus getuigde, was geen ander dan het geloof in het doopsel en het bloed van Jezus. 
“Mijn evangelie” dat Paulus predikte, verwijst niet naar het evangelie van het Kruis waarin de religieuze mensen geloven, maar het evangelie van het water en de Geest dat de zegen verkondigt dat Jezus alle zonden van de mensheid voor eens en altijd wegnam. 
Dit evangelie maakte van Paulus een erg moedig mens. Omdat hij de vergeving van zonden ontving, vervulde de gerechtigheid van God zijn hart en dus werd zijn hart ook vervuld met de Heilige Geest. Hij offerde zijn hele leven op om van het evangelie van het water en de Geest te getuigen. Het evangelie van het water en de Geest heeft de kracht en het gezag om de zonden van de mensheid in één keer weg te nemen. 
Wie dan kan tegen het evangelie van het water en de Geest zijn waar Paulus in geloofde? Niemand! Romeinen 8:31 verteld ons, “Wat zullen wij dan tot deze dingen zeggen? Zo God voor ons is, wie zal tegen ons zijn?” Wie kan er in deze wereld tegen diegenen zijn die in het evangelie van het water en de Geest geloven? Als God de mensheid van de zonden van de wereld redde door het evangelie van het water en de Geest, wie kan Zijn macht dan ijdellijk gebruiken? Noch diegenen die alleen in naam in Jezus geloven, noch Satan zelf kunnen vechten tegen of winnen over diegenen die in het evangelie van het water en de Geest geloven. 
 


Hij gerechtigde ons allemaal in een keer


Romeinen 8:29-30 verklaart, “Want die Hij te voren gekend heeft, die heeft Hij ook te voren verordineerd, den beelde Zijns Zoons gelijkvormig te zijn, opdat Hij de Eerstgeborene zij onder vele broederen. En die Hij te voren verordineerd heeft, dezen heeft Hij ook geroepen; en die Hij geroepen heeft, dezen heeft Hij ook gerechtvaardigd; en die Hij gerechtvaardigd heeft, dezen heeft Hij ook verheerlijkt.”
Dit vertelt ons dat God de Vader van plan was om alle zondaars in Christus te redden en hen riep door het evangelie van het water en de Geest, hun zonden in één keer wegwassend om hen Zijn kinderen te maken. Als onze Heer alle zondaars van hun zonden verloste door het evangelie van het water en de Geest, wie kan dan ertegen zijn wat Hij heeft gedaan? 
Wie kan er nu tegen diegenen zijn die gerechtvaardigd zijn door in het evangelie van het water en de Geest te geloven en hun overwinnen? Dit is onzin. U moet weten dat iedereen die tegen diegenen is die gerechtvaardigd zijn door in het evangelie van het water en de Geest te geloven, tegen niemand anders dan God Zelf is. U moet in het evangelie van het water en de Geest geloven om koste wat het kost van al uw zonden gered te worden. Als u in uw hart en gedachten tegen het evangelie van de waarheid bent, kunt u niet verlost worden van uw zonden en u zult gedoemd zijn om naar de hel te gaan. 
 


Niemand kan tegen diegenen zijn die de gerechtigheid van God hebben


“Wat zullen wij dan tot deze dingen zeggen? Zo God voor ons is, wie zal tegen ons zijn?” (Romeinen 8:31) Dat God voor ons is, vertegenwoordigt het feit dat Hij al onze zonden door het evangelie van het water en de Geest heeft weggenomen en ons heeft gered. Wie dan kan tegen diegenen zijn die verlost zijn van hun zonden door in het evangelie van het water en de Geest te geloven, en wie kan zeggen dat zo’n geloof verkeerd is? Het zou een nutteloze oefening zijn. God heeft het geloof goedgekeurd van diegenen die in het evangelie van het water en de Geest geloven. 
Hoe kan iemand dit uitdagen? Jezus nam alle zonden van de wereld weg door Zijn doopsel en Zijn bloed aan het Kruis. Wie kan zeggen dat zij die hierin geloven, het fout hebben? Niemand! 
In Romeinen 6:3 zegt Paulus, “Of weet gij niet, dat zovelen als wij in Christus Jezus gedoopt zijn, wij in Zijn dood gedoopt zijn?” Paulus bedoelde dat hij geloofde in het doopsel van Jezus en Zijn bloed aan het Kruis, waardoor al zijn zonden aan Jezus werden doorgegeven en gereinigd en waardoor Paulus stierf en samen met Jezus herrees. 
Galaten 3:27 verklaart ook, “Want zovelen als gij in Christus gedoopt zijt, hebt gij Christus aangedaan.” Deze passage verteld ons dat Jezus alle zonden van de wereld op Zich nam met Zijn doopsel, voor deze zonden aan het Kruis werd gekruisigd en herrees, allemaal om ons de zegen te schenken dat zij die in deze waarheid geloven de kinderen van God zouden worden. Paulus’ geloof was gebaseerd op het geloof dat hij gedoopt was in Jezus, met Hem aan het Kruis stierf en herrees. Als u daarom in het doopsel van Jezus gelooft, zijn al uw zonden gereinigd en wordt u een kind van God door herrezen te zijn met Christus. 
“Want zovelen als gij in Christus gedoopt zijt, hebt gij Christus aangedaan.” Met andere woorden zijn zij die geloven dat Jezus naar deze wereld kwam en gedoopt werd door Johannes de Doper om alle zonden van de wereld op Zich te nemen, gedoopt in Jezus. Bovendien geloven zij ook dat zij met Jezus aan het Kruis zijn gestorven en dat zij door hun geloof met Hem zijn herrezen. 
Iedereen die in het doopsel van Jezus en Zijn bloed gelooft, zal daarom gered worden van zijn/haar zonden. Net zo zeker als Jezus de Zoon van God is, zullen zij die verlost zijn van hun zonden door in het evangelie van het bloed van Christus te geloven Gods kinderen worden. “Want zovelen als gij in Christus gedoopt zijt, hebt gij Christus aangedaan” Als we in het evangelie van het water en de Geest geloven, nemen we de gerechtigheid van Christus op ons om de kinderen van God te worden. 
Paulus sprak over Jezus’ doopsel omdat hij een grote zegen ontving door in het evangelie van het water en de Geest te geloven. Maar velen moeten nog zo’n zegen van God ontvangen die komt met het evangelie van het water en de Geest. De meeste mensen denken dat het evangelie dat Paulus predikte het evangelie van het bloed aan het Kruis was, maar de waarheid is dat hij geloofde in en het evangelie van het water en de Geest verspreide, dat het doopsel van Jezus en Zijn bloed aan het Kruis combineert. 
Waarom zijn de volgelingen van Jezus dan tegenwoordig niet bekend met dit evangelie van het water en de Geest? Het is omdat het evangelie van het water en de Geest, gepredikt in de Vroege Kerk periode, met de tijd is veranderd. In de periode van de Vroege Kerk geloofden alle gelovigen in en predikten het evangelie van het water en de Geest. 
Met de tijd is het evangelie echter veranderd en gepredikt als alleen het bloed van Christus, terwijl Zijn doopsel steeds meer gemarginaliseerd werd. Dit verklaart waarom, zelfs nu, veel mensen allen in het bloed aan het Kruis geloven, wat afwijkt van het ware evangelie van de Vroege Kerk periode. 
Deze mensen hebben nog steeds zonden in zich. Zij zijn onwetend over het evangelie van het water en de Geest, waarin de gerechtigheid van God geopenbaard wordt, en als zodanig zijn zij nog steeds zondaars en zij staan nog steeds tegen deze gerechtigheid van God, zelfs als ze zeggen dat ze in Jezus geloven.
Wat zou een geestelijk blinde persoon kunnen zien? De blinde kan proberen een olifant te begrijpen door hem aan te raken. Een blinde kan de poot van een olifant aanraken en zeggen dat het een pilaar is en weer een andere blinde raakt zijn neus aan en zegt dat het iets langs is, want geen van beiden hebben ooit een olifant gezien. Evenzo kan een geestelijk blinde persoon niet spreken over de grootsheid van het evangelie van het water en de Geest. 
Daarom kunnen zij die de zegen van het water en de Geest niet kennen, het ook niet prediken. Zij die kunnen zien, kunnen gemakkelijk begrijpen wat iemand met woorden probeert uit te leggen, maar een blinde zou het nooit werkelijk begrijpen.  
Mensen zijn geboren zondaars. Omdat we vanaf onze geboorte geestelijk zondaars waren, kennen we de waarheid van het evangelie van het water en de Geest niet. Zij die alleen in het bloed aan het Kruis geloven, hebben zelf een nieuwe versie van het christendom gemaakt. Hoe kunnen hun zonden worden weggewassen als ze beweren dat ze in Jezus geloven en toch alleen in het bloed aan het Kruis geloven? Er stapelen zich met de tijd alleen nog meer zonden op. 
Zij die alleen in het bloed van Jezus als zaligmaking geloven, zijn zij die nog niet spiritueel zijn ontwaakt. Maar Jezus zegt ons duidelijk in Johannes 3:5, “Zo iemand niet geboren wordt uit water en Geest, hij kan in het Koninkrijk Gods niet ingaan.” We moeten daarom in het evangelie van het water en de Geest geloven om gezegend te worden met de heerlijkheid, om Gods kinderen te worden en Zijn Koninkrijk binnen te gaan. 
Omdat Paulus in het evangelie van het water en de Geest geloofde, zei hij door geloof, “Zo God voor ons is, wie zal tegen ons zijn?” (Romeinen 8:31). Kunnen zij die het evangelie van het water en de Geest niet kennen tegen de kinderen van God zijn? Zij kunnen tegen Gods kinderen zijn, maar ze kunnen hun nooit overwinnen. Zij die alleen in het bloed aan het Kruis geloven, kunnen diegenen die in het evangelie van het water en de Geest geloven, niet overwinnen. 
Zij die tegen de gerechtigheid van God zijn, kunnen alleen Zijn vijanden worden en kunnen dus nooit Zijn zegeningen ontvangen. Niemand kan de zaligmaking ontvangen of het geloof hebben dat hem/haar naar de hemel brengt zonder te geloven in het evangelie van het water en de Geest, het evangelie waarin de gerechtigheid van God wordt geopenbaard. Zij die in het evangelie van het water en de Geest geloven, kunnen zo het valse evangelie overwinnen en terugkeren naar het ware. De kinderen van God kunnen de wereld en de duivel zelf overwinnen.
Sommigen begrijpen het doopsel van Jezus en Zijn bloed niet goed, en hun misverstand leidt hun naar een vals geloof. Als u in het bloed aan het Kruis gelooft maar u heeft niet veel op met de ontvangst van de vergeving van de zonden door in het evangelie van het doopsel van Jezus te geloven, dan is uw geloof verkeerd. 
Zij die in het evangelie van het water en de Geest voor God geloven, zijn zij die Zijn gerechtigheid zullen krijgen en het ware geloof hebben. God vertelt ons dat zij die alleen in het bloed van Zijn Zoon aan het Kruis geloven, zich vergissen. Zij die niet in Zijn gerechtigheid geloven, geloven of erkennen het evangelie van het water en de Geest niet, maar zij die in Zijn gerechtigheid geloven, geloven ook dat zowel het bloed van Christus aan het Kruis als ook Zijn doopsel onze zonden wegnam. 
We moeten onze koppigheid verwerpen. Zij die het evangelie van het water en de Geest afkeuren, houden vol dat hun valse overtuigingen waar zijn. Zij die alleen in het bloed geloven, hebben een half geloof in Zijn gerechtigheid. Alleen zij die in het evangelie van het water en de Geest geloven, hebben het hele geloof, en zij alleen geloven in de gerechtigheid van God en verkrijgen Zijn gerechtigheid (Mattheüs 3:15, 11:11).
De boeken die geschreven zijn door de mensen die alleen in het bloed geloven, zijn alleen een verspilling van papier. De doctrines die ooit door theologen werden besproken, worden nu door veel christenen genegeerd, maar het evangelie van het water en de Geest krijgt veel aandacht. Deze waarheid bestaat al sinds het Apostolische Tijdperk en zal nooit veranderen. Het Woord van God bestaat voor altijd, maar zij die alleen in het bloed geloven, worden uit het geheugen van de mensen gewist. Wat is de reden? Het is omdat het bloed, dat slechts de helft van de gerechtigheid van God heeft, op zichzelf geen effect heeft op zondaars. 
Eerlijk gezegd begaan de meeste mensen tegenwoordig, of zij nu christen of niet-christen zijn, zoveel zonden. Hoe zouden al deze zonden vergeven kunnen worden door alleen in het bloed te geloven? De doctrines die alleen het bloed aan het Kruis benadrukken, leren mensen om vergeving te bidden wanneer zij zondigen, maar hoelang kunnen zij bidden om vergeving van hun zonden? Het maakt niet uit wat zij zeggen, zij kunnen de vergeving van de zonden niet ontvangen. 
Kwam Jezus naar deze wereld en bloedde gewoon dood zonder gedoopt te worden? U weet dat dit niet waar is. Jezus kwam naar deze wereld en nam alle zonden op Zich door gedoopt te worden (Mattheüs 3:15). Hij werd door Johannes gedoopt voordat Hij aan het Kruis bloedde, waardoor Hij aan het Kruis kon worden gekruisigd. Dit is hoe Jezus alle gerechtigheid vervulde. U hoeft niet elke dag om Zijn genade te roepen om vergeven te worden van uw zonden, als u in het doopsel gelooft dat Jezus van Johannes ontving. Geloof in plaats daarvan in de gerechtigheid van God en ontvang de volledige zaligmaking.
Jezus werd gedoopt om alle zonden van de wereld op Zijn schouders te nemen en werd gekruisigd om veroordeeld te worden voor de zonden van de wereld voor eens en altijd. De verlossing kan alleen worden verkregen door in het doopsel van Jezus en Zijn bloed te geloven. 
 

Heeft Jezus ons een zaligmaking gegeven die groter is dan de zonden die we begaan?

De zaligmaking die Jezus ons gegeven heeft is veel groter dan alle zonden die we begaan hebben en zullen begaan. Als het doopsel van Jezus en Zijn bloed niet groter waren dan de zonden van de mensheid, dan zouden we niet in Jezus als onze Verlosser kunnen geloven, noch verlossing kunnen ontvangen. De goedheid van de Heer is echter zo groot dat Hij de zonden van de wereld allemaal in één keer wegnam door Zijn doopsel. 
De poort van de Hemel staat wijd open, maar niemand kan deze poort passeren zonder in het evangelie van het water en de Geest te geloven. U kunt tegen diegenen zijn die in het evangelie van het water en de Geest geloven, maar u kunt zich niet verbergen voor het vreselijke oordeel van God. Denk daarom niet dat u kunt winnen van het geloof in het doopsel en het bloed van Jezus, waardoor de gerechtigheid van God vervuld werd. 
Velen van diegenen die tegen het evangelie van het water en de Geest waren, waren ook tegen de Apostel Paulus. Maar niemand kan zeggen dat het evangelie van het water en de Geest waar Paulus in geloofde, verkeerd was. Zij gaven alleen niet toe dat Jezus de Zoon van God was en hun Verlosser. 
Romeinen 8:32 zegt ons, “Die ook Zijn eigen Zoon niet gespaard heeft, maar heeft Hem voor ons allen overgegeven, hoe zal Hij ons ook met Hem niet alle dingen schenken?” God de Vader stuurde Zijn eniggeboren Zoon naar de wereld en liet Hem alle zonden door Zijn doopsel dragen, sterven aan het Kruis en herrijzen van de dood om ons te verlossen van onze zonden. 
Om ons te redden van de zonden van de wereld en ons Zijn kinderen te maken, zoals Jezus was, gaf God de Vader ons Zijn eniggeboren Zoon. Opdat God allen die in het evangelie van het water en de Geest geloven, Zijn kinderen en de gezegenden en de rechtvaardigen zou maken, stuurde Hij Zijn eniggeboren Zoon om gedoopt te worden. God had gepland om de hele mensheid Zijn hemelse zegeningen en het evangelie van het water en de Geest te schenken. Eén van deze zegeningen is om Zijn kind te worden door te geloven in het evangelie van het water en de Geest. 
“Die ook Zijn eigen Zoon niet gespaard heeft, maar heeft Hem voor ons allen overgegeven, hoe zal Hij ons ook met Hem niet alle dingen schenken?” (Romeinen 8:32). “Alle dingen” verwijzen hier naar Gods gaven. Welke gaven? God gaf diegenen die Jezus ontvingen en in Zijn naam geloofden het recht om Zijn kinderen te worden, dat wil zeggen, zij die in het evangelie van het water en de Geest geloven worden tot de kinderen van God gemaakt. Zij die in het evangelie van het water en de Geest geloven, zijn zonder zonde. Zij zijn rechtvaardig en werkelijk de geheiligde kinderen van God. 
Zij die de kinderen van God worden door in dit alles te geloven, zullen het geschenk van het Duizendjarige Koninkrijk en het Koninkrijk van de Hemel ontvangen. De rechtvaardigen zijn gezegend om alle heerlijkheden van de Hemel te erven. 
“Alle dingen schenken” is door veel mensen vertaald geworden als het geven van de Heilige Geest. Zij denken, “Betekent dit dat als we in Jezus geloven, de Heilige Geest ons afzonderlijk gegeven wordt?” Dit is niet waar, want als u in het evangelie van het water en de Geest gelooft, ontvangt u tegelijkertijd de verlossing van uw zonden en de Heilige Geest. De Heilige Geest kan niet in een zondig hart aanwezig zijn. De Heilige Geest komt over ons op het moment dat onze zonden vergeven zijn.
Er is meer voor de gelovigen dan het ontvangen van de Heilige Geest. Gods gaven eindigen niet totdat alle hemelse zegeningen aan ons gegeven zijn. In deze wereld hebben mensen de neiging te denken dat vaardigheden als genezen, het spreken in tongen en het voorspellen van dingen gaven zijn, maar de gaven die in deze passage worden genoemd verwijzen naar alle hemelse dingen die onze Vader bezit. Als hij over gaven spreekt, bedoelt Paulus alle dingen die God schenkt aan Zijn kinderen, die de gerechtigheid van God hebben.
God zei dat Hij alle goede dingen als een geschenk zou geven aan diegenen die in het evangelie van het water en de Geest geloven. God gaf de gave van de wedergeboorte aan diegenen die in het evangelie van het water en de Geest geloven. God gaf alle dingen van de Hemel als een geschenk aan diegenen die in het evangelie van het water en de Geest geloven. Christenen lijden zoveel in deze wereld maar wanneer het Koninkrijk van God komt, zullen zij de heerlijkheid van de Hemel geschonken krijgen.
 

Zeg niet dat u zonder reden uitverkoren bent 

Romeinen 8:33-34 zeggen, “Wie zal beschuldiging inbrengen tegen de uitverkorenen Gods? God is het, Die rechtvaardig maakt. Wie is het, die verdoemt? Christus is het, Die gestorven is; ja, wat meer is, Die ook opgewekt is, Die ook ter rechterhand Gods is, Die ook voor ons bidt.”
“Wie zal beschuldiging inbrengen tegen de uitverkorenen Gods?” Kunt u een aanklacht indienen tegen diegenen die God heeft gered met het evangelie van het water en de Geest? Natuurlijk niet!
Theologen citeren Calvijn door te zeggen dat sommigen onvoorwaardelijk werden gekozen en anderen niet. We mogen echter nooit de term “onvoorwaardelijk” in de aanwezigheid van God gebruiken. Door dit te doen bewijzen ze dat ze God helemaal niet kennen en dat hun doctrine vals is. Onvoorwaardelijke verkiezing betekent dat God sommigen zonder reden liefheeft en anderen zonder reden haat. Hoe kunnen we beweren dat God rechtvaardig is als Hij sommigen liefheeft en anderen haat? Dit is niet onze God. Onze God houdt en zorgt voor de hele mensheid in Christus.
In vers 32 staat, “Die ook Zijn eigen Zoon niet gespaard heeft, maar heeft Hem voor ons allen overgegeven, hoe zal Hij ons ook met Hem niet alle dingen schenken?” God gaf ons Zijn Zoon om de hele mensheid te redden. Door Hem liet God ons geloven dat Hij al onze zonden door het Woord van het water en het bloed heeft weggenomen. In vers 33 staat geschreven, “Wie zal beschuldiging inbrengen tegen de uitverkorenen Gods?” Hier impliceren de woorden “uitverkorenen Gods” niet dat God sommigen onvoorwaardelijk uitkiest. God verkiest diegenen die niet zonder Jezus Christus kunnen leven en diegenen zonder hun eigen gerechtigheid om hen met Zijn eigen gerechtigheid te bekleden. 
Diegenen die gekozen zijn door Gods gerechtigheid zijn diegenen die geloven en berusten in de waarheid dat Jezus naar deze aarde kwam, gedoopt werd en Zichzelf aan het Kruis offerde om al onze zonden weg te nemen. Zij zijn het die in God geloven, Hij die hen van de zonden van de wereld gered heeft en bekleed heeft met Zijn gerechtigheid. 
Wie zou dan een aanklacht kunnen indienen tegen de rechtvaardigen? Niemand! Niemand kan zeggen dat ons geloof verkeerd is. Niemand kan diegenen veroordelen die gered zijn van hun zonden en die gekozen zijn als de kinderen van God door in het evangelie van het water en de geest te geloven. Zij die alleen in het bloed van het Kruis geloven, kunnen niet zeggen dat diegenen die in het evangelie van het water en de Geest geloven vals zijn, noch een aanklacht tegen hen indienen bij God. 
Sommige mensen beoordelen diegenen die bekleed zijn met Gods gerechtigheid door in het evangelie van het water en de Geest te geloven, verkeerd. Maar klopt dat? Nee! Het geloof van diegenen die gekozen zijn om rechtvaardig te zijn in de aanwezigheid van God, kunnen nooit door iemand verkeerd worden beoordeeld.
Wie kan zeggen dat zij die in het evangelie van het water en de Geest geloven, zondaars zijn en hun geloof verkeerd beoordelen? We prediken al lang het evangelie van het water en de Geest, waarin de gerechtigheid van God wordt geopenbaard, aan alle mensen van de wereld. 
Maar niemand heeft ons aangeklaagd voor het prediken van het evangelie van het water en de Geest. Er waren er maar een paar die ons vroegen om het geloof van alleen het bloed aan het Kruis goed te keuren. Zelfs zij konden niet zeggen dat het geloof in het evangelie van het water en de Geest verkeerd was. 
Het ware evangelie van het water en de Geest is het evangelie dat de gerechtigheid van God bevat. Dit is het ware evangelie en alle andere evangelies zijn onvolledig. De Apostel Paulus, die het evangelie van het water en de Geest predikte, zei dat er nooit een ander evangelie kon zijn naast dit ware evangelie en hij voegde eraan toe, “Doch al ware het ook, dat wij, of een engel uit den hemel u een Evangelie verkondigde, buiten hetgeen wij u verkondigd hebben, die zij vervloekt. Gelijk wij tevoren gezegd hebben, zo zeg ik ook nu wederom: Indien u iemand een Evangelie verkondigt, buiten hetgeen gij ontvangen hebt, die zij vervloekt” (Galaten 1:8-9).
Niemand kan zeggen dat het evangelie van het water en de Geest bijbels verkeerd is. Zij die niet in het evangelie van het water en de Geest geloven, zijn ertegen. Als u gelooft dat het evangelie van het water en de Geest, gegeven door God, vals is, ga dan uw gang en protesteer bij God. Ook wij moeten en kunnen vechten tegen de onvolledige valse evangelies die alleen het bloed aan het Kruis benadrukken. Hoe kon Jezus voor onze zonden gekruisigd worden zonder ze eerst op Zich te nemen door Zijn doopsel? 
 

Zeg niet dat de gelovigen van Gods gerechtigheid zonden hebben

Een ‘aanklacht indienen` betekent vragen om het oordeel over een proces. De enige die een aanklacht kan indienen tegen diegenen die in het evangelie van het water en de Geest geloven, is een boosdoener. Zij die in het evangelie van het water en de Geest geloven, geloven in Gods gerechtigheid, dus wie zou hun geloof verkeerd kunnen beoordelen? Wie kan zeggen dat zij verkeerd zijn? Niemand, want het is God die hun rechtvaardigt. Niemand kan de gelovigen van het evangelie van het water en de Geest ervan beschuldigen zonden te hebben. 
“God is het, Die rechtvaardig maakt” (Romeinen 8:33). Wie kan de gelovigen van het evangelie van het water en de Geest zondeloos verklaren? Alleen God kan dat. Hij verklaart door Zijn gerechtigheid dat de gelovigen in het evangelie van het water en de Geest rechtvaardig zijn. 
“Rechtvaardig” zijn niet diegenen die nog steeds zonden hebben, maar het zijn diegenen wiens zonden werkelijk vergeven zijn, wat hun “zondeloos en rechtvaardig” maakt. Als God zegt dat de mensen die geloven in het evangelie van het water en de Geest zondeloos zijn, wie durft dan te zeggen dat zij fout zijn en niet de gerechtigheid van God hebben? Geen enkele theoloog in deze wereld kan dat zeggen. 
Het huidige christendom is gecorrumpeerd door de Doctrine van de Geleidelijke Heiligmaking die religieuze heiligheid probeert te bereiken. Nadat men een theoloog uit Engeland de vraag stelde of de Kerk van God heilig was, beweerde hij dat de Kerk van God ook fouten had. Het is duidelijk dat deze theoloog noch het evangelie van het water en de Geest kende, noch geloof had in Gods gerechtigheid. 
Maar elke gelovige in de Kerk van God gelooft in het evangelie van het water en de Geest en is volledig zondeloos. Hoewel hij/zij misschien zwak zal zijn in het vlees, heeft hij/zij nog steeds de perfecte en onberispelijke gerechtigheid van God. 
Is iedereen in de Kerk van God zonder zonde? Ja! De Kerk is een plaats waar de gelovigen die geheiligd zijn en zonder zonde samenkomen in Christus. Als de gelovigen zonde hebben, dan zijn zij niet Gods kinderen. Wat maakte hun geheiligd? Het is natuurlijk het geloof in het evangelie van het water en de Geest dat hun zondeloos maakte door de gerechtigheid van God te ontvangen. De theoloog zei dat zelfs de Kerk van God fouten had omdat hij niet in het evangelie van het water en de Geest geloofde of zelfs maar kende.
Wie durft te zeggen dat de gelovigen in het evangelie van het water en de Geest zondaars zijn? Het is God die hen ‘rechtvaardigde.’ Kunnen wij, die in het evangelie van het water en de Geest geloven, zonden hebben, alleen maar omdat we zwak zijn? Dat kunnen we zeker niet! Betekent dit dan dat we geen zonde hebben, zelfs als we zonden begaan? Ja, we hebben geen zonde! Daarom moeten we geloven in het evangelie van het water en de Geest. Mensen zondigen niet met opzet, maar zondigen vanwege hun zwakheden. 
Er zijn maar heel weinig mensen die werkelijk van plan zijn zonden te begaan; bijna alle overtredingen worden veroorzaakt door de zwakheid van de mens. Zij die in het evangelie van het water en de Geest geloven, hebben geen zonde in hun hart omdat zij de gerechtigheid van God hebben. Wij zijn zonder zonde omdat God al onze zonden met Zijn gerechtigheid heeft weggenomen. Daarom verklaart de Bijbel, “God is het, die rechtvaardig maakt.” Het is God die verklaart dat de gelovigen in het evangelie van het water en de Geest zonder zonde zijn omdat zij Zijn gerechtigheid hebben. We zijn van al onze zonden verlost geworden door in het evangelie van het water en de Geest te geloven. 
Als Jezus zelfs onze toekomstige zonden niet had weggenomen, hoe zouden wij dan verlost kunnen worden van onze zonden en hoe zouden wij kunnen zeggen dat we geen zondaars meer zijn? Als we, nadat we in de gerechtigheid van God zijn gaan geloven, zonden begaan en in zonde leven, maakt dit ons dan niet voldoende geheiligd, of diskwalificeert dit onze verlossing en bestemt dit ons weer terug naar de hel? Het antwoord is nee! Als onze zaligmaking komt door zelfheiliging, wie in de wereld zou dan ooit gered kunnen worden? Niemand! Niemand kan een perfect leven in het vlees leiden en geheiligd worden door zich volledig aan de geboden te houden. Dus verklaart de Bijbel, “Er is niemand rechtvaardig, ook niet één” (Romeinen 3:10).
 

Van nature, kunnen de mensen Gods gerechtigheid niet ontvangen door hun eigen daden

God stuurde Zijn eniggeboren Zoon, die gedoopt werd door Johannes de Doper en liet Hem aan het Kruis sterven om de hele mensheid van de zonden van de wereld te redden. Zij die in het evangelie van het water en de Geest geloven, zijn rechtvaardig geworden door hun geloof. Dit is waarom er zelfs in deze wereld rechtvaardigen kunnen zijn. Abraham werd de vader van het geloof door in het Woord van God te geloven.
Hoewel veel christenen zeggen dat zij Gods gerechtigheid kunnen ontvangen door de Doctrine van Rechtvaardiging, zijn ze er in feite niet van op de hoogte. Wat is Gods gerechtigheid? Het is heel anders dan menselijke gerechtigheid. In welk evangelie wordt Gods gerechtigheid geopenbaard? In het evangelie van het water en de Geest wordt deze gerechtigheid van God geopenbaard. Als we het evangelie van het water en de Geest weigeren zonder erin te geloven, betekent dat dat we tegen God staan.
Niemand kan verlost worden van de zonden of Gods gerechtigheid ontvangen zonder in het evangelie van het water en de Geest te geloven. Kan iemand ook maar een beetje tegen Gods gerechtigheid zijn? Ik predik en geloof al lang in het evangelie van het water en de Geest, maar ik heb nog nooit iemand gezien die tegen dit evangelie kon opkomen. Niemand kan tegen het evangelie van het water en de Geest zijn op basis van Gods Woord, omdat dit evangelie, de gerechtigheid van God, ons de perfecte en volledige verlossing van onze zonden geeft.
 

Wie kan diegenen beschuldigen die de gerechtigheid van God hebben?

Laten we Romeinen 8:34 lezen, “Wie is het, die verdoemt? Christus is het, Die gestorven is; ja, wat meer is, Die ook opgewekt is, Die ook ter rechterhand Gods is, Die ook voor ons bidt.” Kan iemand diegenen die in Gods gerechtigheid geloven beschuldigen zondig te zijn? Niemand kan dat.
Kan iemand de gelovigen van het evangelie van het water en de Geest, die verlost zijn van hun zonden door geloof ervan beschuldigen dat ze zondaars zijn? Nee! “Wie is het, die verdoemt?” Wie kan zeggen dat de gelovigen in de gerechtigheid van God zondaars zijn? 
Het loon van de zonde is de dood. Als u zonde in uw hart heeft, zult u naar de hel gaan. God veroordeeld de mensen omdat zij zonde hebben. Maar diegenen wiens zonden weggenomen zijn door hun geloof in de gerechtigheid van God, worden niet door God veroordeeld, omdat zij geen zonden hebben om veroordeeld voor te worden. Als God Zelf niet diegenen die in de gerechtigheid van God geloven veroordeeld, wie durft hen dan te veroordelen? Als een gelovige in Jezus Christus met zonde is, is hij/zij een zondaar en zal beschuldigd en veroordeeld worden door God. Zondaars zullen veroordeeld worden door God voor hun zonden in hun hart en zij zullen door andere mensen gemeden worden. Maar als een gelovige in Christus in het evangelie van het water en de Geest gelooft en de gerechtigheid van God ontvangt, is die persoon zondeloos voor God en niemand kan die persoon veroordelen. Noch is er zonde in het geweten van zulke mensen.
“Wie is het, die verdoemt? Christus is het, Die gestorven is; ja, wat meer is, Die ook opgewekt is, Die ook ter rechterhand Gods is, Die ook voor ons bidt.” Jezus, de Zoon van God, kwam naar de aarde om ons Gods gerechtigheid te geven, ontving het doopsel van Johannes de Doper om al onze zonden te dragen, stierf aan het Kruis door Zijn bloed te vergieten en herrees van de dood om onze Verlosser te worden. Nu zit Hij aan Gods rechterhand en onderhandeld voor ons als onze Verlosser.
De Heilige Geest bidt ook voor diegenen die de gerechtigheid van God hebben. Jezus bidt voor ons in de Hemel. De Heilige Geest bidt ook voor ons tot God de Vader maar op een andere manier, met “onuitsprekelijke zuchtingen” wanneer we zwak zijn in ons hart. 
Hoe volmaakt is de gerechtigheid van God in het hart van diegenen die in het evangelie van het water en de Geest geloven? De volmaaktheid van Gods gerechtigheid vertelt ons dat het evangelie van het water en de Geest ook onberispelijk en perfect is.