Search

Kazania

Onderwerp 9: Romeinen (commentaren over Romeinen)

[Hoofdstuk 10-2] Het ware Geloof Komt door het te Horen (Romeinen 10:16-21)

(Romeinen 10:16-21)
“Doch zij zijn niet allen het Evangelie gehoorzaam geweest; want Jesaja zegt: Heere, wie heeft onze prediking geloofd? Zo is dan het geloof uit het gehoor, en het gehoor door het Woord Gods. Maar ik zeg: Hebben zij het niet gehoord? Ja toch, hun geluid is over de gehele aarde uitgegaan, en hun woorden tot de einden der wereld.
Maar ik zeg: Heeft Israël het niet verstaan? Mozes zegt eerst: Ik zal ulieden tot jaloersheid verwekken door degenen, die geen volk zijn; door een onverstandig volk zal ik u tot toorn verwekken.
En Jesaja verstout zich, en zegt: Ik ben gevonden van degenen, die Mij niet zochten; Ik ben openbaar geworden dengenen, die naar Mij niet vraagden. 
Maar tegen Israël zegt Hij: Den gehelen dag heb Ik Mijn handen uitgestrekt tot een ongehoorzaam en tegensprekend volk.”
 

Vers 17 zegt, “Zo is dan het geloof uit het gehoor, en het gehoor door het Woord Gods.” Waar komt het geloof vandaan dat een persoon van al zijn/haar zonden verlost? Het ware geloof komt door het horen van het Woord van God.
Ik wil graag blijven getuigen over het evangelie van de gerechtigheid van God door Zijn Woord. Laten we beginnen door te kijken naar Romeinen 3:10-20: 
“Gelijk geschreven is: Er is niemand rechtvaardig, ook niet één; Er is niemand, die verstandig is, er is niemand, die God zoekt. Allen zijn zij afgeweken, tezamen zijn zij onnut geworden; er is niemand, die goed doet, er is ook niet tot één toe. Hun keel is een geopend graf; met hun tongen plegen zij bedrog; slangenvenijn is onder hun lippen. Welker mond vol is van vervloeking en bitterheid; Hun voeten zijn snel om bloed te vergieten; Vernieling en ellendigheid is in hun wegen; En den weg des vredes hebben zij niet gekend. Er is geen vreze Gods voor hun ogen. Wij weten nu, dat al wat de wet zegt, zij dat spreekt tot degenen, die onder de wet zijn; opdat alle mond gestopt worde en de gehele wereld voor God verdoemelijk zij. Daarom zal uit de werken der wet geen vlees gerechtvaardigd worden, voor Hem; want door de wet is de kennis der zonde.” 
Hoe moeten we deze passages begrijpen en erin geloven om de zaligmaking te ontvangen? Vanaf het allereerste begin waren er geen rechtvaardigen noch mensen die God zochten, maar er waren alleen maar zondaars. Hun kelen waren open graven, hun tongen waren als slangengif, vol van vervloeking en bitterheid. Hun voeten waren snel om bloed te vergieten. Zij kenden de weg naar de vrede niet of de vreze Gods voor hun ogen, en ze liepen op het pad naar hun eigen vernietiging en ellende. Iedereen was een zondaar voordat ze de gerechtigheid van God kenden en erin geloofden, en de manier waarop ze ontdekten dat zij zondaars waren voor God, was door de wet. 
Hoe zouden we zonder de wet onze zonden kennen? Hoe zouden we God kennen? Hebben we God ooit gevreesd? Romeinen 3:18 zegt, “Er is geen vreze Gods voor hun ogen.” Hebben onze ogen van het vlees Hem ooit gezien? We zullen ons misschien een beetje bewust zijn geweest van het bestaan van God, maar we zagen noch vreesden Hem. Hoe hebben we dan ontdekt dat we zondaars waren? We kwamen te weten over het bestaan van God door Zijn geschreven Woord te horen. Daarom komt het horen van Gods Woord.
We weten dat God de wereld geschapen heeft, omdat het zo in de Geschriften geschreven staat, “In den beginne schiep God den hemel en de aarde” (Genesis 1:1). Door dit Woord van God te horen, hebben we van Zijn bestaan leren kennen en erin geloven, en zijn we gaan geloven dat Hij de Schepper is van het hele universum. Als het Woord van God er niet was geweest, zou er niemand zijn geweest die van Hem afwist of Hem zou vrezen. Zonder het Woord van God, zou geen enkele persoon geweten hebben van zijn/haar zonden. 
Met andere woorden, we waren fundamenteel onwetend over God, aanbaden nutteloze dingen en waren ons niet bewust van onze eigen zonden. Maar God gaf ons de wet, en zo kwamen we onze zonden voor God te weten. Het was door Zijn Woord van de wet te horen zoals de Tien Geboden en de 613 gedetailleerde artikelen van de wet dat we onze tekortkomingen en zonden leerden kennen.
Niemand kan zelfs zijn eigen zonden kennen, zonder het Woord van de wet. Bijna elke veroordeelde achter de tralies zou beweren dat hij/zij niet weet wat zijn/haar misdaad was, of waarom hij/zij opgesloten was. Velen van hen beweren onschuldig zijn; dat ze ten onterechte en onterecht naar de gevangenis zijn gestuurd. Zonder de wet van God te kennen, kunnen we onze eigen zonden niet kennen, terwijl we zeggen, “Ik heb altijd zo gehandeld. Iedereen doet het. Hoe kan dit een zonde zijn?”
Alleen door het zien en horen van de wet van God, zijn we ons van onze zonden bewust geworden. We zijn te weten gekomen dat onze aanbidding van andere goden, het tevergeefs aanroepen van Gods naam, ons falen om de sabbat in acht te nemen, ons doden, ons overspel, onze diefstal, ons liegen, onze jaloersheid, ons falen om naar Gods Woord te leven, kortom, het zijn allemaal daden van zonde omdat de wet van God dat zegt. Zo zijn we ons gaan realiseren en erkennen dat we zondaars waren voor God, door het Woord van de wet. Vóór deze wet kenden we onze eigen zonden niet eens.
Wat moeten we dan voor God doen, als we ons realiseren dat we zondaars zijn? We moeten ons afvragen hoe onze zonden kunnen worden vergeven. Het is door het Woord van God te horen dat we onze zonden leren kennen en beseffen dat we de zaligmaking nodig hebben. Net zoals de hongerigen de behoefte aan voedsel voelen, beseffen diegenen die erkennen dat zij Gods wet hebben overtreden en weten dat zij ernstige zondaars zijn, hun noodzaak tot de zaligmaking. Dit is hoe we God gaan zoeken en onze noodzaak erkennen om in Zijn gerechtigheid door Jezus Christus te geloven, die Hij voor ons heeft gestuurd. Omdat “geloof komt door te horen,” kennen we onze zonden door het Woord van God te horen.
 


We weten nu dat we zondaars zijn. Wat moeten we dan doen om van onze zonden verlost te worden?


De zaligmaking komt door geloof in Zijn Woord, dat in de kern van ons hart staat, net zoals we onze zonden zijn gaan beseffen door het Woord van God te horen en het te leren. Zoals Romeinen 3:21-22 zegt, “Maar nu is de rechtvaardigheid Gods geopenbaard geworden zonder de wet, hebbende getuigenis van de wet en de profeten: Namelijk de rechtvaardigheid Gods door het geloof van Jezus Christus, tot allen, en over allen, die geloven; want er is geen onderscheid.”
Door ons Zijn wet te geven, liet God ons weten dat we zondaars voor Hem zijn, omdat we gefaald hebben om naar Zijn Woord te leven. We hebben dus twee verschillende behoeften: we willen volgens de wet leven, maar tegelijkertijd zoeken we wanhopig naar onze zaligmaking van de zonde. Maar omdat “... nu de rechtvaardigheid Gods geopenbaard is geworden zonder de wet” moeten diegenen die verlost zullen worden van hun zonden de verlossing vinden door hun geloof in deze rechtvaardigheid van God en niet in de wet. We weten dat deze verlossing niet komt door de wet van God te gehoorzamen, maar door in de zaligmaking te geloven die door God is gegeven, in de gerechtigheid van God die ons door Jezus Christus gered heeft. 
Wat is dan deze gerechtigheid van God en Zijn zaligmaking? Dit is het evangelie van het water en de Geest, waarvan zowel in het Oude als ook het Nieuwe Testament gesproken wordt. Het evangelie van het water en de Geest verschijnt in het Oude Testament als de zaligmaking door geloof in het offeringssysteem en in het Nieuwe Testament als het geloof in het doopsel van Jezus en Zijn Kruis. Romeinen 3:21-22 zegt, “hebbende getuigenis van de wet en de profeten: Namelijk de rechtvaardigheid Gods door het geloof van Jezus Christus, tot allen, en over allen, die geloven.” 
Hoe kunnen we dan de gerechtigheid van God ontvangen? We kunnen de gerechtigheid van God ontvangen door te weten, door het Woord van God waarvan de Wet en de Profeten getuigen, dat Jezus God en onze Verlosser is en door gered te worden van al onze zonden door ons geloof in Hem. 
Met andere woorden, we ontvangen de gerechtigheid van God door in Zijn Woord te geloven, waarvan de Wet en de Profeten van het Oude Testament getuigen. Dat de Wet en de Profeten getuigden van Gods Woord blijkt ook uit de allereerste hoofdstukken van Hebreeën en Romeinen.
Dat Jezus kwam om ons te verlossen, is de zaligmaking die ons door God is beloofd. Deze belofte om de zondaars te verlossen, die onder de wet en op weg waren naar hun vernietiging, werd duizenden jaren geleden door God gedaan. Hij heeft deze belofte vaak herhaald en geopenbaard hoe Hij van plan was deze te houden door middel van Zijn dienaren die voor ons kwamen. 
Laten we een passage als voorbeeld bekijken. Leviticus 16:21 zegt, “En Aaron zal beide zijn handen op het hoofd van den levenden bok leggen, en zal daarop al de ongerechtigheden der kinderen Israëls, en al hun overtredingen, naar al hun zonden, belijden; en hij zal die op het hoofd des boks leggen, en zal hem door de hand eens mans, die voorhanden is, naar de woestijn uitlaten.” De passages uit Romeinen 3:21-22, die zeggen dat de gerechtigheid van God werd waargenomen door de Wet en de Profeten, betekent dat de volledige zaligmaking van Jezus geopenbaard werd door de offers van de tabernakel in het Oude Testament en door profeten als Jesaja, Ezechiël, Jeremia en Daniël. 
Met andere woorden, God had al door het Woord in het Oude Testament geopenbaard hoe Hij Zijn belofte van de zaligmaking zou houden, dat Hij dit zou doen door Jezus Christus te sturen, Hem alle zonden van de wereld op Zich te laten nemen met Zijn doopsel, in onze plaats te laten sterven aan het Kruis, en daarbij de lonen van al onze zonden te laten betalen met Zijn eigen lichaam, allemaal voor onze verlossing van de zonden door de gerechtigheid van God. Onze zaligmaking komt dus niet door de Wet, maar door ons geloof in de gerechtigheid van God, Jezus Christus Zelf, zoals getuigd wordt door de Wet en de Profeten.
God vertelt ons dat we van onze zonden gered zijn door in Zijn gerechtigheid te geloven, die vervuld werd door Jezus Christus. Ons geloof komt door het horen van dit Woord van God, het Woord van Jezus Christus. Hoe kunnen we weten dat Jezus onze Verlosser is en erin geloven? We weten en geloven dat Jezus onze Verlosser is door het Woord van God te horen, gesproken tot Zijn dienaren, dat Hij had beloofd ons te redden volgens Zijn plan en dat Jezus zou komen om ons te redden volgens deze belofte en dit plan. Zoals geschreven staat in Daniël 9:24, “Zeventig weken zijn bestemd over uw volk, en over uw heilige stad, om de overtreding te sluiten, en om de zonden te verzegelen, en om de ongerechtigheid te verzoenen, en om een eeuwige gerechtigheid aan te brengen, en om het gezicht, en den profeet te verzegelen, en om de Heiligheid der heiligheden te zalven.”
 


God heeft zeventig weken bestemd voor ons mensen 


We gaan verder met de bovenstaande passage uit het Boek Daniël. Wat de passage beschrijft is de val van Israël door Babylon, toen God bepaalde dat de Israëlieten vanwege hun afgoderij als gevangenen naar Babylon zouden worden gevoerd en daar zeventig weken als slaven zouden leven. Zoals God had bepaald, werd Israël aangevallen en overweldigd door Babylon en niet in staat de verwoesting te weerstaan, gaven ze zich over aan de indringers, die veel van de Israëlieten gevangen namen en hun tot slaven maakten. Onder de gevangenen bevonden zich ook de wijzen, zoals Daniël, die de Babylonische koning tot zijn adviseur maakte.
God strafte de Israëlieten op deze manier voor hun zonden, maar omdat Hij genadig was, hield Hij Zijn toorn niet voor eeuwig vast, maar was Hij van plan hen binnen 70 weken te bevrijden. 
Toen Daniël, die berouw toonde voor God namens zijn volk, bad om Zijn genade en verlossing, zond God een engel die de bovenstaande passage sprak: “Zeventig weken zijn bestemd over uw volk, en over uw heilige stad, om de overtreding te sluiten, en om de zonden te verzegelen, en om de ongerechtigheid te verzoenen, en om een eeuwige gerechtigheid aan te brengen, en om het gezicht, en den profeet te verzegelen, en om de Heiligheid der heiligheden te zalven.” Deze passage is Gods belofte aan Daniël dat Hij alle zonden van Zijn volk zou vergeven in zeventig weken als hun overtredingen beëindigd waren. Het openbaart ons ook, Gods beloofde verlossing door Jezus Christus.
Omdat de Israëlieten veel zonden hadden begaan, moest God hen bestraffen, en voor de prijs van 70 weken slavernij vergaf God al hun zonden uit het verleden. Wanneer de overtreding is vergeven en er een einde komt aan de zonde, zullen alle zonden van de Israëlieten er niet meer zijn. Wanneer de verzoening voor de ongerechtigheid is gemaakt, de eeuwige gerechtigheid gebracht is en de visie en profetie verzegeld zijn, zullen alle Woorden die God aan Daniël sprak, vervuld zijn. Gedurende de 70 weken van slavernij zal dit allemaal tot stand komen en in de 70ste week zullen de Israëlieten terugkeren naar hun geboorteland. 
Dit is wat God aan Daniël vertelde door Zijn engel. Deze belofte was een belofte aan de Israëlieten, maar heeft ook een geestelijke betekenis, net zoals God 70 weken bestemde voor de mensen van Israël en hun heilige stad, heeft God voor ons allen die in Hem geloven onze Heilige Stad van de Hemel voorbereid, ons Koninkrijk van God.
In Romeinen 3:21-22 wordt gezegd, “Maar nu is de rechtvaardigheid Gods geopenbaard geworden zonder de wet, hebbende getuigenis van de wet en de profeten: Namelijk de rechtvaardigheid Gods door het geloof van Jezus Christus, tot allen, en over allen, die geloven; want er is geen onderscheid.” Toen Jezus naar deze aarde kwam, gedoopt werd en aan het Kruis stierf, werden al onze overtredingen uitgewist, onze zonden eindigden, de eeuwige gerechtigheid werd geopenbaard en de visie en profetie verzegeld. De passage van Daniël eindigt met, “en om de Heiligheid der heiligheden te zalven.” Wat betekent dit? De Heiligheid der heiligheden verwijst naar niemand minder dan Jezus Christus, die naar deze aarde kwam om gezalfd te worden. 
Wat betekent het om gezalfd te zijn? Dat Jezus de drie posities van de Koning, de Hogepriester van het Koninkrijk van God en de Profeet zou innemen. Als onze Koning, Hogepriester en Profeet, zou Jezus de wil van God vervullen om ons van al onze zonden te verlossen. Net zoals geprofeteerd door de engel die tot Daniël sprak, nam Jezus Christus al onze zonden op Zich en werd in onze plaats veroordeeld door naar deze aarde te komen en gedoopt te worden.
“Zo is dan het geloof uit het gehoor” (Romeinen 10:17). Hoe kunnen we dan dit evangelie van de gerechtigheid van God horen en erin geloven? Hoe kunnen we geloven dat Jezus onze Verlosser is? We kunnen horen en geloven door het Woord van God gesproken in het Oude en Nieuwe Testament, door de woorden gesproken door de profeten van God en Zijn dienaren. Daarom zei Paulus dat geloof komt door het horen, en dit geloof komt door het horen van het Woord van Christus.
De profeten van het Oude Testament, zoals Daniël en Jesaja, hadden geprofeteerd over de komst van Jezus Christus. Jesaja, in het bijzonder, profeteerde, “Waarlijk, Hij heeft onze krankheden op Zich genomen, en onze smarten heeft Hij gedragen” en “de HEERE heeft onzer aller ongerechtigheid op Hem doen aanlopen” (Jesaja 53:4 en 6). 
Wie zou er in de tijd van Jesaja geloofd hebben dat Jezus Christus geboren zou worden uit een maagd om naar deze wereld te komen als de meest gewone van alle gewone mensen, 33 jaar zou leven, gedoopt zou worden, gekruisigd, en van de dood zou herrijzen op de derde dag? Toch zag en profeteerde Jesaja, ongeveer 700 jaar voor de komst van Jezus, dat al deze dingen zouden gebeuren. Hij getuigde van het feit dat Christus ons verdriet en al onze zonden zou dragen. 
Daarom gebruikte Paulus het Woord van het Oude Testament vaak, terwijl hij het Boek Romeinen schreef, om uit te leggen hoe de dienaren van God getuigenis droegen over hoe Jezus onze Verlosser werd, door naar deze aarde te komen, al onze zonden weg te nemen en ons met de gerechtigheid van God te redden.
 


Want allen hebben gezondigd


Romeinen 3:23-24 zegt, “Want zij hebben allen gezondigd, en derven de heerlijkheid Gods; En worden om niet gerechtvaardigd, uit Zijn genade, door de verlossing, die in Christus Jezus is.” Omdat we in zonden geboren zijn en allemaal gezondigd hebben tegen God, zijn we tekortgeschoten voor Zijn heerlijkheid en Zijn Koninkrijk. Maar we werden om niet gerechtvaardigd, door Gods genade door de verlossing in Jezus Christus. Onze rechtvaardiging was gratis, zonder een prijs. Wij hoefden het loon voor onze zonden niet te betalen omdat Jezus al onze zonden op Zich nam en dit loon met Zijn eigen leven aan het Kruis betaalde om iedereen van ons die Hem zouden horen en in Hem zouden geloven, te verlossen. 
Wat bedoelen we met het geloof in de zaligmaking van alle zonden? We bedoelen gewoon het geloof in de gerechtigheid van God. Het geloof in de gerechtigheid van God heeft niets te maken met werken, maar alles met ons hart. We worden rechtvaardig door het Woord van onze Heer te horen en er met ons hart in te geloven. Om ons van onze zonden te redden, kwam onze Heer naar deze aarde, werd het Lam van God die alle zonden van de wereld droeg door gedoopt te worden door Johannes de Doper en stierf aan het Kruis. Op de derde dag herrees Hij van de dood, en nu zit Hij aan de rechterhand van God de Vader. 
Jezus nam alle zonden van de wereld op Zich, betaalde de prijs voor de straf van onze zonden met Zijn eigen leven, en herrees van de dood; alles om ons van onze eigen zekere dood te redden. We zijn gered door hierin te geloven. Onze zaligmaking komt door het geloof en ons geloof komt door het horen van het geschreven Woord van God en ons horen komt door het Woord van Christus.
“Zo is dan het geloof uit het gehoor.” We geloven met onze harten. Ons intellect is voor de kennis, terwijl ons lichaam is om te werken en het is in ons hart dat we geloven. Wat moeten we dan in ons hart geloven, en hoe? Door het Woord van God te horen, kunnen we Zijn evangelie horen en door Zijn evangelie te horen, kunnen we geloof hebben en door geloof te hebben, kunnen we gered worden. Als we geloven, geloven we volgens het Woord van God, d.w.z. we geloven in het geschreven Woord dat verkondigt dat Christus al onze zonden met Zijn doopsel op Zich nam, ze heeft gedragen, aan het Kruis is gestorven en is opgestaan uit de dood.
Het geloof in Gods Woord is het geloof in Zijn gerechtigheid. Dus geloof zonder het horen van Gods Woord is zinloos en nutteloos. Dergelijke beweringen dat God geopenbaard werd door iemands dromen en zo, zijn allemaal leugens.
We worden gered door geloof en alleen door geloof. Laten we nog een keer Romeinen 3:24-26 lezen. “En worden om niet gerechtvaardigd, uit Zijn genade, door de verlossing, die in Christus Jezus is; Welken God voorgesteld heeft tot een verzoening, door het geloof in Zijn bloed, tot een betoning van Zijn rechtvaardigheid, door de vergeving der zonden, die tevoren geschied zijn onder de verdraagzaamheid Gods; Tot een betoning van Zijn rechtvaardigheid in dezen tegenwoordigen tijd; opdat Hij rechtvaardig zij, en rechtvaardigende dengene, die uit het geloof van Jezus is.” Amen. Onze Heer, werd de verzoening voor onze zonden. Vanwege onze zonden werden we Gods vijanden, maar Jezus herstelde onze relatie met God door de verzoening voor onze zonden met Zijn doopsel, Zijn dood en herrijzenis te worden. 
In het midden van Romeinen 3:24-26 staat de passage, “Welken God voorgesteld heeft tot een verzoening, door het geloof in Zijn bloed, tot een betoning van Zijn rechtvaardigheid, door de vergeving der zonden, die tevoren geschied zijn onder de verdraagzaamheid Gods.” Deze passage verteld ons dat God heel lang geduldig heeft gewacht en dat Hij zal wachten tot de Dag van het Oordeel. Zij die in Jezus Christus geloven, zij die in de zaligmaking door het water en het bloed geloven, zij die in de zaligmaking van de Zoon geloven, die de verzoening voor God de Vader werd, al hun zonden zijn voor God voorbijgegaan. Om ‘aan de zonden voorbij te gaan’ betekent dat God voorbij is gegaan aan de zonden van diegenen die het Woord van God en Zijn evangelie horen en erin geloven, dezelfde mensen die in het doopsel van Jezus en Zijn bloed aan het Kruis geloven.
We zullen van tijd tot tijd twijfelen in ons leven, maar dit komt door de zwakheid van het vlees en onze gedachten, maar zolang we de zaligmaking van Jezus niet ontkennen, zal God deze zonden niet als zonden zien. Met andere woorden, God kijkt niet naar de zonden van diegenen die gered zijn door met hun hart in het water en het bloed van Jezus Christus te geloven, maar gaat aan hen voorbij. 
Waarom gaat God aan onze zonden voorbij? Hoe kan Hij zulke zonden negeren, als Hij de Heilige en rechtvaardige God is? Dit komt omdat Christus naar deze wereld kwam en gedoopt werd. Omdat Jezus alle zonden van de wereld uitwiste met Zijn doopsel en kruisiging, gaat God aan onze eerder begane zonden voorbij. Hebben de eerder begane zonden alleen betrekking op onze erfzonde? Nee, dat doen ze niet, omdat voor onze eeuwigdurende God de Vader alles in het verleden is, ook al lijken onze eerder begane zonden onze erfzonde.
Vanuit het gezichtspunt van de eeuwigheid verschijnt tijd in deze wereld altijd als het verleden. Deze wereld heeft een begin en een einde, maar God is eeuwig, en dus als we Zijn tijd vergelijken met onze wereldse tijd, lijken alle zonden van de wereld in het verleden voor Hem te zijn begaan. “Tot een betoning van Zijn rechtvaardigheid in dezen tegenwoordigen tijd; opdat Hij rechtvaardig zij, en rechtvaardigende dengene, die uit het geloof van Jezus is.” Daarom ziet God onze zonden niet. Het is niet omdat Hij geen ogen heeft om onze zonden te zien, maar Hij ziet ze niet omdat Zijn Zoon Jezus Christus het loon voor onze zonden heeft betaald. Omdat Christus’ doopsel en kruisiging onze zonden wegwaste, verschijnen we voor God eigenlijk als zondeloze mensen. 
Hoe kon God onze zonden zien als Jezus Christus, wiens vervulling van Gods gerechtigheid allen verloste die erin geloven, ze al van ons wegnam? Dit is hoe God Zijn gerechtigheid nu demonstreert door voorbij te gaan aan de zonden die eerder zijn begaan, zonden die al door Jezus Christus zijn betaald.
Het geloof in de gerechtigheid van God komt door het Woord van Christus, omdat het Woord van Christus zelf de gerechtigheid van God bevat. Door Zijn gerechtigheid te demonstreren, toonde God niet alleen Zijn gerechtigheid maar ook de gerechtigheid van diegenen die in Jezus Christus geloven. God heeft ons van al onze zonden verlost, en ook wij geloven in ons hart dat Jezus al onze zonden heeft weggenomen. Daarom zijn we zondeloos en rechtvaardig geworden, omdat we dezelfde gerechtigheid van Christus hebben aangedaan (Galaten 3:27). Omdat zowel God als wij rechtvaardig zijn, zijn we een familie en u en ik zijn Zijn kinderen. Gelooft u in dit prachtige nieuws? 
Betekent dit, dat wij iets van onszelf hebben waarover we kunnen opscheppen? Natuurlijk niet! Wat is er van ons waarover we kunnen opscheppen, als in feite onze zaligmaking alleen mogelijk is door het Woord van Christus te horen en erin te geloven. Werden we gered vanwege onze eigen werken? Wat is er dan om over op te scheppen? Niets! Werd u gered omdat u in de vroege ochtend naar de kerk ging? Werd u gered omdat u nog nooit een zondagdienst heeft gemist? Werd u gered omdat u ervoor zorgde dat u kerkgeld betaalde? Natuurlijk niet! 
Dit zijn allemaal werken, en het geloof dat gebaseerd is op werken en/of het geloof dat met werken wordt aangevuld zijn de verkeerde geloven. We worden alleen gered van onze zonden door met ons hart in de gerechtigheid van God te geloven. Geloof komt door te horen en de zaligmaking komt door het geloof in het Woord van Christus. 
Om de verlossing van de zonden door gebeden van berouw proberen te ontvangen, nadat men in Jezus is gaan geloven, is ook een vals geloof, want het ware geloof komt alleen door in de gerechtigheid van God te geloven en niet door de werken van de wet. Zoals het Woord van God zegt, “Waar is dan de roem? Hij is uitgesloten. Door wat wet? Der werken? Neen, maar door de wet des geloofs. Wij besluiten dan, dat de mens door het geloof gerechtvaardigd wordt, zonder de werken der wet. Is God een God der Joden alleen? En is Hij het niet ook der heidenen? Ja, ook der heidenen” (Romeinen 3:27-29).
De zaligmaking komt zowel voor de Israëlieten als ook de niet-Joden door te horen en in hun hart te geloven dat Jezus Christus hen met Zijn water en bloed gered heeft. We worden van onze zonden gered als we in de gerechtigheid van God geloven. Wanneer we in deze gerechtigheid geloven, die Jezus Christus is, zijn we gered van onze zonden. God wordt onze Vader en wij worden Zijn kinderen. Dit is de zaligmaking door geloof in de gerechtigheid van God, door het Woord van Christus te horen en erin te geloven. Ons geloof komt door te geloven in de gerechtigheid van God. 
Onze zaligmaking komt door ons geloof in het Woord van Christus. Gelooft u dat Christus naar deze aarde kwam als uw Verlosser, dat Hij met Zijn doopsel alle zonden van de wereld op Zich nam als een verzoening voor God, dat Hij stierf aan het Kruis, van de dood herrees op de derde dag en nu aan de rechterhand van God de Vader zit? Gelooft u werkelijk in deze zaligmaking, in deze verzoening van onze Heer Jezus Christus?
Er zijn veel mensen die God vragen om in hun dromen te verschijnen, die zeggen dat ze zullen geloven als ze Hem maar één keer met eigen ogen kunnen zien. Sommigen beweren zelfs dat ze Jezus in hun dromen hebben gezien, dat Hij hen vertelde bepaalde dingen te doen, zoals, een kerk te bouwen, of een gebedscentrum. Maar meestal is het iets dat geld vereist en veel mensen, die door zulke valse beweringen bedrogen zijn, worden misleid en dwalen af. Er gebeuren te veel trieste dingen in deze christelijke wereld. U moet zich realiseren dat dit alles niet het werk is van onze Heer, maar van de Duivel zelf.
Als u toevallig Jezus in uw droom ziet, neem het dan niet al te serieus. Dromen zijn alleen maar dromen. Jezus is niet iemand die op zo’n manier voor u zou verschijnen, anders zou de Bijbel niet nodig zijn. Als Jezus ook maar één keer voor ons verschijnt, dan moeten we de Bijbel sluiten, want dan zouden we deze niet meer nodig hebben. Maar dit zal een verwoestend effect hebben op Christus’ werk van de zaligmaking. 
Als we zonder de Bijbel in Jezus zouden geloven, zou Hij voor iedereen moeten verschijnen. Maar dit is niet nodig, want onze Heer heeft al alle vereisten van de zaligmaking vervuld. Daarom komt geloof door het Woord van Christus te horen en erin te geloven. Hebben alle mensen dan van Jezus Christus gehoord? Ze zullen van de naam Jezus Christus gehoord hebben, maar ze hebben niet allemaal het ware evangelie gehoord. Daarom vraagt Paulus, “En hoe zullen zij horen, zonder die hun predikt?” (Romeinen 10:14). 
We moeten daarom dit evangelie prediken dat de gerechtigheid van God bevat. Maar waarmee en hoe? Door welke methode of hoe het evangelie wordt gepredikt, is niet belangrijk; alle methoden om het goede nieuws te verspreiden, door het gesproken woord of gedrukt materiaal, dienen gebruikt te worden. Geloof komt door horen en horen komt door het Woord van Christus. Ook gedrukte materialen die het evangelie prediken, kunnen lezers naar het ware geloof leiden. Ongeacht de methode, u moet onthouden dat geloof alleen kan komen door horen en horen alleen door het goede nieuws te prediken.
Als u oprecht geloof met uw hart in het Woord van God, dan weet u dat u een ware christen bent. Ik hoop en bid dat u dit weet; dat u gered bent van uw zonden. Ik hoop en bid ook dat u zich innig aan het Woord van het water en de Geest zult vasthouden. Laten we dan onze discussie afsluiten door samen Romeinen 10:17 te lezen.
“Zo is dan het geloof uit het gehoor, en het gehoor door het Woord Gods.” Amen. Diegenen die in hun hart geloven door dit geschreven Woord van God te horen, zijn diegenen die het ware geloof hebben. Hebt u dit ware geloof? Onze Heer heeft ons verlost van al onze zonden. 
Wat zijn we dankbaar en blij dat de Heer al onze zonden heeft weggenomen! Zonder het evangelie zijn de mensen altijd ontmoedigd, maar alleen al door te horen dat Jezus al onze zonden met Zijn doopsel op Zich nam, kan ons hart met vreugde worden gevuld en ons geloof kan beginnen te groeien. 
Ik dank de Heer dat Hij ons gered heeft.