Search

布道

Onderwerp 9: Romeinen (commentaren over Romeinen)

[Hoofdstuk 9-2] We Moeten Weten dat Voorbestemming gepland was binnen Gods Gerechtigheid (Romeinen 9:9-33)

(Romeinen 9:9-33)
“Want dit is het woord der beloftenis: Omtrent dezen tijd zal Ik komen, en Sara zal een zoon hebben. En niet alleenlijk deze, maar ook Rebekka is daarvan een bewijs, als zij uit een bevrucht was, namelijk Izaäk, onzen vader. Want als de kinderen nog niet geboren waren, noch iets goeds of kwaads gedaan hadden, opdat het voornemen Gods, dat naar de verkiezing is, vast bleve, niet uit de werken, maar uit den Roepende; Zo werd tot haar gezegd: De meerdere zal den mindere dienen. Gelijk geschreven is: Jakob heb Ik liefgehad, en Ezau heb Ik gehaat. Wat zullen wij dan zeggen? Is er onrechtvaardigheid bij God? Dat zij verre! Want Hij zegt tot Mozes: Ik zal Mij ontfermen, diens Ik Mij ontferm, en zal barmhartig zijn, dien Ik barmhartig ben. Zo is het dan niet desgenen, die wil, noch desgenen, die loopt, maar des ontfermenden Gods. Want de Schrift zegt tot Farao: Tot ditzelve heb Ik u verwekt, opdat Ik in u Mijn kracht bewijzen zou, en opdat Mijn Naam verkondigd worde op de ganse aarde. Zo ontfermt Hij Zich dan, diens Hij wil, en verhardt, dien Hij wil. Gij zult dan tot mij zeggen: Wat klaagt Hij dan nog? Want wie heeft Zijn wil wederstaan? Maar toch, o mens, wie zijt gij, die tegen God antwoordt? Zal ook het maaksel tot dengenen, die het gemaakt heeft, zeggen: Waarom hebt gij mij alzo gemaakt? Of heeft de pottenbakker geen macht over het leem, om uit denzelfden klomp te maken, het ene vat ter ere, en het andere ter onere? En of God, willende Zijn toorn bewijzen, en Zijn macht bekend maken, met vele lankmoedigheid verdragen heeft de vaten des toorns, tot het verderf toebereid; En opdat Hij zou bekend maken den rijkdom Zijner heerlijkheid over de vaten der barmhartigheid, die Hij tevoren bereid heeft tot heerlijkheid? Welke Hij ook geroepen heeft, namelijk ons, niet alleen uit de Joden, maar ook uit de heidenen. Gelijk Hij ook in Hosea zegt: 
‘Ik zal hetgeen Mijn volk niet was, Mijn volk noemen, 
en die niet bemind was, Mijn beminde.’ 
‘En het zal zijn, in de plaats, waar tot hen gezegd was, 
‘Gijlieden zijt Mijn volk niet,’ 
aldaar zullen zij kinderen des levenden Gods genaamd worden.’
En Jesaja roept over Israël: 
‘Al ware het getal der kinderen Israëls gelijk het zand der zee, zo zal het overblijfsel behouden worden. 
Want Hij voleindt een zaak en snijdt ze af in rechtvaardigheid; want de Heere zal een afgesneden zaak doen op de aarde.’
En gelijk Jesaja tevoren gezegd heeft: 
‘Indien de Heere Sebaoth ons geen zaad had overgelaten, zo waren wij als Sodom geworden, 
en Gomorra gelijk gemaakt geweest.’ 
Wat zullen wij dan zeggen? Dat de heidenen, die de rechtvaardigheid niet zochten, de rechtvaardigheid verkregen hebben, doch de rechtvaardigheid, die uit het geloof is. Maar Israël, die de wet der rechtvaardigheid zocht, is tot de wet der rechtvaardigheid niet gekomen. Waarom? Omdat zij die zochten niet uit het geloof, maar als uit de werken der wet, want zij hebben zich gestoten aan den steen des aanstoots; Gelijk geschreven is: 
‘Ziet, Ik leg in Sion een steen des aanstoots, en een rots der ergernis; en een iegelijk, 
die in Hem gelooft, zal niet beschaamd worden.’”
 


Wat is de ware voorbestemming die door God is gepland?


Laten we nu onze aandacht richten op wat de ‘door God geplande voorbestemming’ is. Om precies te begrijpen wat voorbestemming is, moeten we het geschreven Woord als Gods Woord beschouwen en onszelf corrigeren als er iets mis is met ons geloof. Hiervoor moeten we eerst begrijpen waarom God van Jakob hield terwijl Hij Ezau haatte. We moeten ook nagaan of het hedendaagse christelijke begrip van de voorbestemming afwijk van de Schrift. We moeten allemaal een nauwkeurig begrip hebben van de voorbestemming die door God is ingesteld.
Om de zegeningen van God te ontvangen, moeten wij christenen nagaan hoe Gods voorbestemming in Zijn plan past. Als we aan Gods plan denken, denken veel hedendaagse christenen dat hun lot voor hun geboorte vooraf bepaald was, zonder enige relevantie voor hun geloof, alsof het lot van Jakob en Ezau onvoorwaardelijk en eenzijdig door God werd bepaald. Maar dit is niet het geval. Of we door God geliefd zijn of niet, wordt bepaald door het feit of we in Zijn gerechtigheid geloven of niet. Dit is de waarheid die God ons in Zijn plan heeft gegeven.
 

Als u Gods voorbestemming goed wilt begrijpen, moet u uw eigen gedachten verwerpen en u richten op de gerechtigheid van God

Omdat veel mensen niet kunnen denken aan en niet kunnen geloven in de gerechtigheid van God, die door Jezus Christus geopenbaard werd, hebben ze de neiging om over Gods liefde te denken op welke manier dan ook en sommigen denken zelfs dat Gods liefde niet rechtvaardig is. Zij moeten zich realiseren dat dit niet de juiste manier van denken is. We moeten onze verkeerd aangenomen geloofsovertuigingen die we hebben door geen rekening te houden met Gods rechtvaardige plan, geopenbaard door Jezus Christus, verwerpen. Als u gewoon denkt dat God sommigen liefheeft terwijl Hij anderen haat, moet u zich realiseren dat dit een verkeerd geloof is, dat door uw eigen verkeerde denkwijzen bedacht is. 
Menselijke gedachten worden geplaagd door verkeerde gedachten. Veel hedendaagse christenen hebben niet het juiste geloof omdat hun gedachten te vaak overspoeld worden met verkeerde gedachten. Dit is waarom u uw waardeloze gedachten moet verwerpen en uw geloof op het rechte pad moet zetten door het Woord van God te volgen en in Zijn gerechtigheid te geloven. 
Omdat de voorbestemming gepland is binnen de gerechtigheid van God, kan het alleen correct worden begrepen en geloofd, als we in Zijn gerechtigheid geloven. We moeten daarom geloof hebben in Zijn plan en in Zijn gerechtigheid. Gods plan is om diegenen die in Zijn liefde geloven in Zijn gerechtigheid te bekleden met gerechtigheid. 
Zijn voorbestemming is dus dat Hij de gelovigen tot Zijn volk zou maken door hen te kleden met de zaligmaking van de verlossing van de zonden, betaald door Jezus’ doopsel en Zijn kruisiging. We moeten de juiste relatie met God tot stand brengen door geloof te hebben in de waarheid die door Hem in Zijn gerechtigheid is gepland. God heeft diegenen die zoals Jakob zijn, tot het object van Zijn liefde gemaakt, terwijl Hij diegenen die zoals Ezau zijn tot het object van Zijn toorn heeft gemaakt.
 


Gods voorbestemming is niet fatalistisch


Voorbestemming binnen Gods plan werd gevestigd in Zijn gerechtigheid. Gods liefde is niet iets dat willekeurig is vastgesteld zonder enig plan. Als iedereen vóór zijn of haar geboorte onvoorwaardelijk was gekozen, alsof zijn of haar leven bepaald was door het lot, hoe kan iemand dan van zijn zonden worden verlost door in de gerechtigheid van Jezus te geloven? Als iemands lot vóór zijn of haar geboorte op zo’n manier was bepaald dat het al dan niet bemind worden door God een vooraf geplande en vooraf bepaalde uitkomst was, wie zou dan denken dat God rechtvaardig is, en wie zou in zo’n God geloven? Niemand zou in zo’n willekeurige en dictatoriale God willen geloven. 
Maar het plan van onze God is niet willekeurig of dictatoriaal, maar alleen om ons van onze zonden binnen Zijn gerechtigheid te verlossen en om ons tot Zijn volk te maken. God gaf ons Zijn gerechtigheid binnen dit plan en binnen deze gerechtigheid van liefde, gaf Hij ons Zijn vergeving. Hij heeft voorbereidingen getroffen om diegenen die in de liefde van Zijn gerechtigheid geloven in liefde te kleden en diegenen die er niet in geloven in toorn te kleden.
Ik zou het volgende willen zeggen tegen diegenen die door een misverstand verontwaardigd zijn over Gods voorbestemming. Gods plan is om ons, die door Hem zijn geschapen, Zijn eigen volk te maken. We moeten daarom dankbaar zijn voor Zijn voorbestemming. Het is beter voor ons om de dankbare mensen te zijn die in Gods gerechtigheid geloven dan de wrokkige mensen te zijn die Hem verwijten. Iedereen die in Jezus als zijn of haar Verlosser geloofd, moet een nauwkeurig begrip van en geloof in Gods voorbestemming hebben, gepland binnen Zijn gerechtigheid.
 

Gods ware voorbestemming werd vastgesteld door Hem die roept

De passage van vandaag zegt, beginnend bij Romeinen 9:9, “Want dit is het woord der beloftenis: ‘Omtrent dezen tijd zal Ik komen, en Sara zal een zoon hebben.’ En niet alleenlijk deze, maar ook Rebekka is daarvan een bewijs, als zij uit een bevrucht was, namelijk Izaäk, onzen vader. Want als de kinderen nog niet geboren waren, noch iets goeds of kwaads gedaan hadden, opdat het voornemen Gods, dat naar de verkiezing is, vast bleve, niet uit de werken, maar uit den Roepende. Zo werd tot haar gezegd: De meerdere zal den mindere dienen. Gelijk geschreven is: ‘Jakob heb Ik liefgehad, en Ezau heb Ik gehaat.’” 
Deze passage verteld ons dat Gods voorbestemming, die van liefde is, gepland werd binnen de liefde van Gods gerechtigheid. Zoals blijkt uit Genesis 18:10, geloofde Abraham in Gods belofte omdat Hij Zijn woord had gegeven, hoewel het menselijk onmogelijk was voor Sarah om een kind te baren. Dit is hoe God Abraham rechtvaardigde: God gaf hem zijn zoon Isaak omdat hij in Hem geloofde en God keurde zijn geloof goed. 
Dus als we het hebben over geloof in de gerechtigheid van God, hebben we het over geloof in het Woord van God. Onze discussie over Gods plan en voorbestemming moet ook geleid worden door ons geloof in Zijn Woord. Zij die het anders doen, bijvoorbeeld, hun streven naar de gerechtigheid van God verwarren met illusies en tekenen waarvan ze beweren dat ze die gezien hebben tijdens het bidden of in hun droom, maken een grote fout met hun geloof.
Paulus voegt er verder aan toe, “En niet alleenlijk deze, maar ook Rebekka is daarvan een bewijs, als zij uit een bevrucht was, namelijk Izaäk, onzen vader. Want als de kinderen nog niet geboren waren, noch iets goeds of kwaads gedaan hadden, opdat het voornemen Gods, dat naar de verkiezing is, vast bleve, niet uit de werken, maar uit den Roepende; Zo werd tot haar gezegd: ‘De meerdere zal den mindere dienen.’” 
De Schrift vertelt ons dat Isaak, die geen kinderen van zichzelf had, tot God bad, en God antwoordde hem door hem een tweeling te geven. We kunnen zien dat de voorbestemming die gepland is binnen Gods gerechtigheid een bepaalde relatie heeft met het geloof van diegenen die door Hem worden bemind.
Het is goed om hier vers 11 nog eens te herhalen: “Want als de kinderen nog niet geboren waren, noch iets goeds of kwaads gedaan hadden, opdat het voornemen Gods, dat naar de verkiezing is, vast bleve, niet uit de werken, maar uit den Roepende.” De sleutel tot het begrijpen van de waarheid van voorbestemming en verkiezing binnen Gods plan is dat het doel van God “van Hem die roept” staat. Tussen Jakob en Ezau, volgens de voorbestemming binnen Gods plan, heeft God Jakob geroepen en liefgehad. 
Wanneer God mensen roept en van hen houdt, roept Hij en houdt van mensen die, zoals Jacob, verre van rechtvaardig zijn. God riep niet Ezau die zichzelf rechtvaardig vond en vol trots was. In Gods voorbestemming, vastgelegd in Zijn plan, is het een vanzelfsprekendheid dat God mensen zoals Jakob zou roepen en liefhebben. Gods doel met het roepen van mensen zoals Jakob, was om zondaars tot Zijn eigen kinderen te maken, vrij van zonde. Hij die roept om de geroepenen in liefde te kleden is God en tussen Jakob en Ezau, was de geroepene Jakob. 
We moeten de gerechtigheid van God binnen Zijn plan kennen en erin geloven. Jakob vertegenwoordigt de typische figuur van een zondaar aan wie God Zijn genade heeft getoond binnen Zijn gerechtigheid, terwijl Ezau iemand vertegenwoordigt die zich tegen God keert door Zijn rechtvaardige liefde te negeren en zijn eigen gerechtigheid na te streven. Dit is de reden waarom de sleutel tot het onthullen van Gods Woord over de voorbestemming, vastgelegd in Zijn plan, is, om te begrijpen dat het doel van God staat “uit den Roepende.”
We moeten onszelf bevrijden van de irreële overtuigen die door onze eigen gedachten zijn gecreëerd. God kon, binnen Zijn gerechtigheid, alleen Jakob liefhebben en Ezau haten. Gods uitleg van Zijn plan en voorbestemming wordt aan iedereen gegeven door Zijn verklaring, dat het doel van God staat “van Hij die roept.” Gods plan is de waarheid van liefde die binnen Zijn gerechtigheid wordt vervuld. Toen God Jakob liefhad maar Ezau haatte, was de voorbestemming bedoeld om de gerechtigheid van God te vervullen, volgens Zijn plan voor de zaligmaking.
Het is niet, zoals veel andere religies beweren, door goede werken dat u door God geliefd en gered wordt, maar alleen door in Zijn plan en Zijn gerechtigheid te geloven wordt u een van Zijn kinderen, verlost van uw zonden.
 

Is God verkeerd?

God houdt van diegenen die in Zijn gerechtigheid geloven en deze liefhebben. Met andere woorden, er is niets mis met het feit dat onze Vader besloot om diegenen die in de gerechtigheid van God in Jezus Christus geloven, lief te hebben en tot Zijn kinderen te maken. God was niet van plan om iedereen in Jezus Christus lief te hebben, maar om mensen zoals Jakob lief te hebben. 
We moeten onszelf dan afvragen of we zoals Jakob of Ezau zijn. Maar zelfs diegenen die vol zijn van hun eigen goede daden en van hun eigen gerechtigheid willen nog steeds door God bemind worden, maar niemand kan hen ervan weerhouden het verkeerde pad op te gaan. Dus deze twee soorten mensen zijn er altijd, geliefd of gehaat door God, zelfs op dit moment. 
We moeten God danken en Zijn heerlijkheid loven door in Zijn rechtvaardige liefde en Zijn plan voor onze zaligmaking te geloven. We zouden Hem moeten danken voor het feit dat het evangelie van het water en de Geest, waarin we geloven, wonderbaarlijk de gerechtigheid van God weerspiegelt. Iedereen moet beseffen dat om bekleed te zijn in Gods liefde, hij/zij eerst zijn/haar eigen zwakheden en zonden voor God moet erkennen en in Zijn gerechtigheid moet geloven.
Het probleem is dat veel christenen, die niet in staat zijn te geloven in het doopsel van Jezus en de waarheid van het Kruis die de gerechtigheid van God vervulde, ten onrechte geloven dat God van bepaalde mensen houdt, terwijl anderen gewoon door het lot door Hem in de steek gelaten worden. 
Nog problematischer is het ongelukkige feit dat dit soort van ondeugdelijk geloof de overhand heeft en met grote overtuiging aan anderen gepredikt wordt. Het wordt snel verspreid; leidend tot steeds meer mensen die Gods liefde verkeerd begrijpen, zoals blijkt uit Gods voorbestemming die door Hem is gepland. Wat God ons probeert te vertellen met het verhaal van Jakob en Ezau is dat om Zijn kinderen te worden, er geen menselijke gerechtigheid nodig is, maar alleen het geloof in de liefde van Gods gerechtigheid, voorbestemd volgens Zijn plan. 
De Schrift vertelt ons dat God Sarah de zoon gaf die Hij Abraham beloofd had. Dit vertelt ons, zelfs nu, dat alleen zij die in de liefde en het Woord van de gerechtigheid van God geloven, Zijn kinderen kunnen worden. Om zulke kinderen te worden, moeten we de waarheid erkennen die met ons geloof in Gods gerechtigheid en Zijn plan is gegeven en om in deze waarheid te geloven, moeten we in Gods liefde en Zijn gerechtigheid geloven. 
De liefde van Jezus Christus en Gods plan voor ons, is de absolute waarheid en liefde die aan ons allemaal wordt gegeven. Om ons van onze zonden te redden, nam Jezus al onze zonden op Zich met Zijn doopsel, stierf aan het Kruis en herrees uit de dood, allemaal om diegenen onder ons die in Hem geloven eeuwige levens te geven.
Deze waarheid betekent niet dat we alleen door religieus te zijn en onze eigen inspanningen te tonen, Gods kinderen kunnen worden, maar het betekent dat de enige manier om Gods kinderen te worden, is, door te geloven in het Woord van de liefde en de gerechtigheid van God, die ons verteld en door Hem voor ons gepland is. We moeten ons allemaal realiseren dat alleen diegenen die in Gods liefde en gerechtigheid geloven, bekleed zijn in Zijn liefde. 
Wat zou dan onze instelling moeten zijn? Het is aan ons om geloof te hebben in Jezus’ doopsel en Zijn bloed aan het Kruis. We moeten God vragen genade met ons te hebben. We moeten voor Hem erkennen dat we het niet verdienen om Zijn volk genoemd te worden, want we zijn allemaal zondaars. We moeten begrijpen dat het alleen door Zijn plan voor ons is, dat we Zijn rechtvaardige liefde mogen kennen en Zijn kinderen kunnen worden.
Zij die door God gehaat worden, worden gehaat omdat zij Zijn liefde en gerechtigheid niet nodig hebben of er niet in geloven. We moeten daarom dit plan van liefde dat God voor ons voorbestemd heeft kennen en erin geloven. De duidelijke waarheid is dat zij die de liefde van Gods gerechtigheid kennen en erin geloven door Hem bemind zullen worden, terwijl zij die Zijn liefde afwijzen en verwerpen, door God gehaat zullen worden.
 

Wie kan het evangelie van het water en de Geest ontvangen?

Het evangelie van het water en de Geest, door God aan ons gegeven, is de enige waarheid die Zijn gerechtigheid openbaard. Wat voor soort mensen zijn het dan die deze waarheid in hun hart ontvangen? Dit zijn de mensen die, in het besef dat hun lot in de eeuwige verdoemenis ligt en dat zij zondaars zijn voor God en Zijn Woord, om Zijn genade vragen. “Ik ben een zondaar, Heer, die helemaal niet volgens Uw wetten kan leven. Ik geef mijn hart op en geef me over aan U.” Dit zijn de mensen aan wie God de vergeving van zonden van Zijn liefde in Zijn gerechtigheid heeft verleend. Het geloof in het evangelie dat Gods gerechtigheid openbaart, is van het grootste belang voor alle zondaars. 
God heeft ons Zijn wet niet gegeven zodat wij elke clausule ervan zouden volgen, een feit dat vaak door velen verkeerd wordt begrepen. Het doel van de wet is echter om ons naar de erkenning van onze eigen zondigheid te leiden. Waarom proberen de zondaars de wet dan te volgen? Het is omdat het instinct van elke zondaar verlossing en de absolutie van zijn/haar zonden zoekt. 
Maar niemand is in staat alle wetten te volgen. De pogingen zijn alleen maar imitaties, louter instinctieve mimiek, in een poging om hun zonden in wanhoop te bedekken –een geloof van bedrog voor God. Daarom zouden zondaars dit geloof van misleiding moeten verwerpen en zich naar het geloof in de gerechtigheid van God wenden, om bekleed te worden in Zijn liefde. 
Om ons in deze liefde te kleden, stuurde God Jezus naar de aarde, die, door gedoopt te worden door Johannes, de zonden van de wereld op Zijn schouders nam en door aan het Kruis te bloeden ze allemaal uitwiste. God erkent het geloof van diegenen die in de liefde van Zijn gerechtigheid geloven. Wanneer we verlost zijn van al onze zonden door ons geloof in het evangelie van het water en de Geest, dat de vervulling is van de gerechtigheid van God, worden we bekleed met Zijn liefde. Dit is de beloofde waarheid die God voor ons heeft uiteengezet in Zijn plan.
God zal diegenen haten die alleen op zichzelf vertrouwen. Er zijn veel van zulke mensen om ons heen. Maar u moet gered worden van al uw zonden door in Jezus’ doopsel en Zijn bloed te geloven die Gods liefde en Zijn gerechtigheid hebben vervuld. U zult dan zeker bekleed worden met Gods liefde, die gereserveerd is voor diegenen die Hij roept. Mensen proberen vaak dingen zelf voor God te doen, om Zijn liefde en vergeving te winnen, maar deze inspanningen zijn zinloos zonder enig geloof in de gerechtigheid van God.
God riep alleen Jakob om met Zijn liefde bekleed te worden, niet Ezau. Voor God was Jakob een sluwe en bedrieglijke leugenaar, maar omdat hij in Gods liefde en Zijn gerechtigheid geloofde, werd hij een van de vaders van het geloof. Ook wij moeten Gods liefde ontvangen door te geloven in Jezus’ doopsel en Zijn bloed aan het Kruis, de vervulling van de gerechtigheid van God, als onze verlossing. Omdat Ezau probeerde gezegende te worden door zijn vader met zijn eigen jacht, werd hij het symbool voor diegenen die niet Gods zegen konden verdienen. We moeten hier diep over nadenken. Wie in deze wereld lijken op Ezau? Zijn wij niet zoals hij?
Mensen zoals Jakob zijn diegenen die Gods rechtvaardige liefde in zich opnemen. We weten dat ook wij zwak en slecht zijn, net als Jakob. God, die ons zelfs voordat we geboren werden heeft geroepen om niet door onze werken maar door Zijn roeping te staan, heeft ons gezegd in Zijn liefde en gerechtigheid te geloven om Zijn liefde te ontvangen. God stuurde Jezus, die de gerechtigheid van God vervulde binnen Zijn plan, voor ons allemaal. 
Toen God ons voor het eerst riep, kwam Hij om de zondaars te roepen, niet de rechtvaardigen. Zij die door Hem worden gehaat, zijn zij die denken dat zij vol van hun eigen gerechtigheid zijn en die niet in Zijn genadige liefde geloven. Zij die zo’n misleidend geloof hebben, worden door God gehaat en kunnen niet met Zijn liefde bekleed worden om Zijn volk te worden. God heeft deze waarheid in Zijn hart voorbestemd voor ons. Dus Paulus zegt beslist, “Wat zullen wij dan zeggen? Is er onrechtvaardigheid bij God? Dat zij verre” (Romeinen 9:14).
 

Diegenen die geliefd zijn door God zijn diegenen die zijn als Jakob 

Als God naar u kijkt, bent u dan werkelijk een persoon met wie Hij genade zou hebben? Welke reden heeft God nodig als Hij medelijden heeft met wie Hij medelijden heeft, en haat wie Hij haat? Hoe kunnen we tegen God zeggen dat Hij ons onrecht heeft aangedaan?
Er leven ontelbaar veel mensen op deze aarde. Terwijl sommigen van hen geliefd worden door God, worden anderen dat niet. Betekent dit dat God hen onrecht heeft aangedaan?
God is ook een rechtvaardige God die de zonden van diegenen die zich tegen Zijn gerechtigheid hebben gekeerd veroordeeld. We moeten elk misverstand in deze zaak vermijden door Gods plan te begrijpen dat gemanifesteerd wordt in Zijn gerechtigheid met ons geloof in deze gerechtigheid. Er zijn veel misleide christenen wiens harten, net als de farao, verhard zijn. Dit soort mensen worden door God gehaat, zoals vers 17 van dit hoofdstuk verklaart: “Want de Schrift zegt tot Farao: Tot ditzelve heb Ik u verwekt, opdat Ik in u Mijn kracht bewijzen zou, en opdat Mijn Naam verkondigd worde op de ganse aarde.”
We zijn allemaal ontoereikend voor God. Dan zouden we niet als de farao moeten worden. Zou God ons moeten haten, die zo koppig zijn als de farao, omdat we niet geloven in Jezus’ doopsel en Zijn bloed aan het Kruis als onze verlossing? Ja. Mensen zoals de farao keren zich tegen God. Zulke mensen scheppen op en vertrouwen op hun eigen gerechtigheid, maar hun eigen gerechtigheid kan hen niet verlossen van hun eigen zonden.
Waar vertrouwde de farao op? Hij vertrouwde en rekende op de Nijl. Hij dacht dat zolang hij maar een overvloedige hoeveelheid water had, alles goed zou komen. Daarom haat God mensen zoals de farao. Iedereen wiens hart verhard is als dat van de farao, zal gehaat en vervloekt worden door God. U moet niet zoals hem zijn. Door de genadige liefde te ontvangen die God u zo vrijelijk heeft gegeven, kunt u in plaats daarvan, een van Zijn kinderen worden.
 

Bent u het vreugdevol eens met Gods rechtvaardige plan?

Is uw hart bereid om Gods rechtvaardige liefde te ontvangen die voorbestemd is voor u in Zijn plan? Er zijn mensen die, hoewel zij in Jezus geloven, in angst lijden omdat zij Gods plan verkeerd hebben begrepen. Zulke mensen vragen zich af, “Ik geloof in Jezus, maar heeft God mij echt gekozen? Als Hij me niet heeft gekozen, wat voor nut heeft mijn geloof dan? Wat moet ik dan doen? Ik kan niet gewoon maar stoppen in Jezus te geloven, wat kan ik doen? Ik geloof echt in Jezus, maar wat gebeurt er als ik niet gekozen ben?” 
Zij zullen dan proberen zichzelf te troosten door te denken, “Omdat ik in Jezus geloof en naar de kerk ga, moet God mij gekozen hebben. Dat is zeker het geval! De hemel zal zeer zeker een plekje voor mij hebben!” Maar als ze dan zondigen, vragen ze zich weer af, “God zal mij niet gekozen hebben! Het is misschien tijd voor me om niet meer in Jezus te geloven!” Met andere woorden, zij denken zelf, besluiten zelf en beëindigen alles zelf. Deze mensen moeten vooral hun begrip van Gods plan opnieuw overdenken en het juiste begrip krijgen om in Jezus als hun Verlosser te geloven. 
Zij die meer in theologische doctrines geloven dan in Gods eigen Woord, zouden daarentegen kunnen zeggen, “Zei God niet dat de meerdere de mindere zal dienen en dat Hij van Jakob hield terwijl Hij Ezau haatte, zelfs voordat zij geboren waren? Aangezien we nu in Jezus geloven, moeten we zeker al voor onze eigen geboorten gered zijn.” Maar de Apostel Paulus vertelt ons dat de door God geplande voorbestemming, “vast bleve, niet uit de werken, maar uit den Roepende.”
Het volgen van de wet maakt iemand niet tot een kind van God. Alleen door geloof te hebben in de gerechtigheid van God en Zijn genade en liefde getoond door Jezus’ doopsel en Zijn bloed aan het Kruis, kunnen we Zijn kinderen worden. 
Vanwege de doctrines die door theologen opgesteld werden, zijn veel mensen niet in staat in Jezus’ doopsel en Zijn bloed, de manifestatie van de gerechtigheid van God, als hun zaligmaking te geloven. Zij die de liefde van het evangelie gehoord hebben, die Zijn gerechtigheid laat zien, maar er niet in geloven, zijn net als de farao. God haat diegenen die zonder in de gerechtigheid van God geloven, die geopenbaard wordt in Jezus Christus, proberen Gods kinderen te worden door op hun eigen manier in Jezus te geloven. 
Als u niet gelooft in Gods rechtvaardige liefde, die getoond wordt door Jezus Christus, is het nu tijd voor u om dat te doen. Dan zult u gekleed worden in Gods liefde. We waren oorspronkelijk allemaal zoals Ezau, maar toch werden we meteen van onze zonden gered door in de liefde van de gerechtigheid van God te geloven. We hebben Gods gezegende liefde ontvangen door in Zijn gerechtigheid te geloven.
God heeft de zegen toegankelijk gemaakt voor zowel de Israëlieten als ook de heidenen, dat diegenen die in Zijn rechtvaardige liefde geloven Zijn kinderen worden. Net zoals God zei, “Ik zal hetgeen Mijn volk niet was, Mijn volk noemen, en die niet bemind was, Mijn beminde.” Hij heeft ons het evangelie van Jezus’ doopsel en Zijn bloed gegeven en aan diegenen die erin geloven Zijn rechtvaardige liefde. 
De volgende passage, “En het zal zijn, in de plaats, waar tot hen gezegd was: Gijlieden zijt Mijn volk niet, aldaar zullen zij kinderen des levenden Gods genaamd worden” is Gods Woord van liefde dat vandaag voor ons is vervuld. Omdat we tekortschoten voor God kunnen we ons dus realiseren dat God ons redde door naar ons toe komen in het vlees en de liefde van Zijn rechtvaardigheid voor ons beschikbaar te maken. 
Dat u en ik gered zijn van al onze zonden voor God, is de verlossende liefde die gepland is binnen de gerechtigheid van God. Verlost worden van al onze zonden door te geloven in de liefde van Gods gerechtigheid, zonder ons hart te verharden, is alleen mogelijk door het geloof in de waarheid. Behalve deze manier van geloven, is er geen andere manier om de verlossing van de zonden te ontvangen. We worden allemaal geboren met een koppig hart, maar het Woord van God kan ons hart en onze koppigheid overwinnen. Onze harten zouden dan geregeerd worden door Gods vrede. Als u in God gelooft, zal de gerechtigheid van God de uwe zijn. 
Als het evangelie van de waarheid dat de gerechtigheid van God bevat en die wij prediken niet zou bestaan, zou iedereen in deze wereld zijn of haar eigen ondergang tegemoet gaan. Zonder diegenen die het evangelie van het water en de Geest verspreiden, zou de hele mensheid alle hoop verloren hebben. Ware het niet voor diegenen die gekleed zijn in Gods rechtvaardige liefde, dan zou de wereld al tot haar einde zijn gekomen, waarbij iedereen veroordeeld was voor zijn zonden. Maar God heeft diegenen onder ons op deze aarde achtergelaten die in de liefde van Zijn gerechtigheid geloven. We kunnen God alleen dankbaar zijn dat Hij door ons werkt, ondanks onze vele zwakheden en tekortkomingen. 
Het geloof dat bekleed is met de liefde van de gerechtigheid van God is de gerechtigheid die is voortgekomen uit Jezus’ doopsel en Zijn bloed aan het Kruis. Het geloof in de gerechtigheid van God wordt gevonden in een hart dat gelooft in Jezus’ doopsel en Zijn bloed. Het is door ons geloof in Zijn gerechtigheid dat we verlost worden van al onze zonden. Deze waarheid is het plan, de voorbestemming en de verkiezing die God voor ons heeft vastgesteld. 
God heeft gezegd dat iedereen die in het Woord van God gelooft, dat Zijn gerechtigheid in Jezus Christus vervuld, van zijn of haar zonden gered zal worden. Men wordt geconfronteerd met de vernietiging, niet omdat de gerechtigheid van God niet alle zonden heeft uitgewist, maar omdat hij of zij er met zijn of haar verharde hart niet in geloofde. 
We moeten ons hart zachtmoedig maken voor het Woord van God en in het evangelie van het water en de Geest geloven. Ons hart moet voor Hem knielen. We worden gezegend door in de liefde van de gerechtigheid van God te geloven. Hij redde ons van al onze zonden omdat Hij zoveel genade met ons had. We danken Hem. Wij die in de gerechtigheid van God geloven, hebben niets om ons voor te schamen. In tegendeel, we hebben iedere reden om trots te zijn op Zijn gerechtigheid. 
Dat God ons volledig van onze zonden heeft gered, is omdat we tekort zijn geschoten voor Hem –prijs de Heer voor deze zaligmaking! Om door God bemind te worden, moeten we in Zijn gerechtigheid kunnen geloven. 
Kent u deze gerechtigheid van God? Indien ja, geloof er dan in. Gods rechtvaardige liefde zal dan in uw hart komen. Moge uw geloof in de liefde van de gerechtigheid van God, die Hij voor u heeft gepland vrij zijn van misverstanden. 
Moge de liefde van verlossing die God voor u heeft vastgesteld in uw hart komen. Halleluja! Ik dank de Goddelijke Drie-eenheid die ons tot Zijn kinderen heeft gemaakt in Zijn gerechtigheid.