Через COVID-19 та порушення роботи міжнародної
поштової служби ми тимчасово призупинили наше служіння безкоштовних друкованих книг.
поштової служби ми тимчасово призупинили наше служіння безкоштовних друкованих книг.
У зв’язку з цією ситуацією наразі ми не можемо надсилати Вам книг.
Моліться, щоб ця пандемія незабаром закінчилася і робота поштової служби відновилася.
Моліться, щоб ця пандемія незабаром закінчилася і робота поштової служби відновилася.
Onderwerp 9: Romeinen (commentaren over Romeinen)
[Hoofdstuk 8-7] De Tweede Komst van De Heer en Het Duizendjarige Koninkrijk (Romeinen 8:18-25)
(Romeinen 8:18-25)
“Want ik houde het daarvoor, dat het lijden dezes tegenwoordigen tijds niet is te waarderen tegen de heerlijkheid, die aan ons zal geopenbaard worden. Want het schepsel, als met opgestoken hoofde, verwacht de openbaring der kinderen Gods. Want het schepsel is der ijdelheid onderworpen, niet gewillig, maar om diens wil, die het der ijdelheid onderworpen heeft; Op hoop, dat ook het schepsel zelf zal vrijgemaakt worden van de dienstbaarheid der verderfenis, tot de vrijheid der heerlijkheid der kinderen Gods. Want wij weten, dat het ganse schepsel te zamen zucht, en te zamen als in barensnood is tot nu toe. En niet alleen dit, maar ook wij zelven, die de eerstelingen des Geestes hebben, wij ook zelven, zeg ik, zuchten in onszelven, verwachtende de aanneming tot kinderen, namelijk de verlossing onzes lichaams. Want wij zijn in hope zalig geworden. De hoop nu, die gezien wordt, is geen hoop; want hetgeen iemand ziet, waarom zal hij het ook hopen? Maar indien wij hopen, hetgeen wij niet zien, zo verwachten wij het met lijdzaamheid.”
“Want ik houde het daarvoor, dat het lijden dezes tegenwoordigen tijds niet is te waarderen tegen de heerlijkheid, die aan ons zal geopenbaard worden. Want het schepsel, als met opgestoken hoofde, verwacht de openbaring der kinderen Gods. Want het schepsel is der ijdelheid onderworpen, niet gewillig, maar om diens wil, die het der ijdelheid onderworpen heeft; Op hoop, dat ook het schepsel zelf zal vrijgemaakt worden van de dienstbaarheid der verderfenis, tot de vrijheid der heerlijkheid der kinderen Gods. Want wij weten, dat het ganse schepsel te zamen zucht, en te zamen als in barensnood is tot nu toe. En niet alleen dit, maar ook wij zelven, die de eerstelingen des Geestes hebben, wij ook zelven, zeg ik, zuchten in onszelven, verwachtende de aanneming tot kinderen, namelijk de verlossing onzes lichaams. Want wij zijn in hope zalig geworden. De hoop nu, die gezien wordt, is geen hoop; want hetgeen iemand ziet, waarom zal hij het ook hopen? Maar indien wij hopen, hetgeen wij niet zien, zo verwachten wij het met lijdzaamheid.”
Zij die rechtvaardig zijn door in de gerechtigheid van God te geloven, hebben de heerlijkheid van de hemel ontvangen. Daarom lijden zij met het evangelie van het water en de Geest van Jezus, om alle mensen met de heerlijkheid van de hemel te bekleden. Gelovigen wijden zich aan het evangelie van gerechtigheid van God en lijden op aarde omdat het deelnemen aan het lijden van Christus glorieus en rechtvaardig is.
Is het niet eervol voor ons om te lijden voor God, die we diepgrondig eren en respecteren? Dat is het zeker; het is een glorieus lijden. Dit is waarom de mensen die in Gods gerechtigheid geloven, lijden voor Zijn gerechtigheid. Voor wie lijdt u op dit moment? Lijdt u voor de wereld en uw vlees? Waar is het goed voor om uw ziel het lijden van de wereld te laten dragen? Lijdt voor de rechtvaardigheid van God en geloof erin. De heerlijkheid van God zal dan op u zijn.
De erfenis waarmee we in de toekomst gezegend zullen worden
Laten we eens nadenken over de erfenis die we zullen ontvangen. De erfenis die we in de hemel zullen ontvangen, is de beloning van het regeren met Jezus in de nieuwe hemel en aarde. De heerlijkheid die wij zullen ontvangen in het Duizenjarige Rijk en het eeuwige Koninkrijk van God is zo groot dat het niet gemeten kan worden. Alleen de wedergeboren gelovigen kunnen deze heerlijkheid die hen te wachten staat kennen en zullen deze bezitten.
De onvergelijkbare heerlijkheid
“Want ik houde het daarvoor, dat het lijden dezes tegenwoordigen tijds niet is te waarderen tegen de heerlijkheid, die aan ons zal geopenbaard worden” (Romeinen 8:18).
Paulus vergeleek de heerlijkheid die de gelovigen ontvangen met hun lijden in de huidige tijd en zei dat hun heerlijkheid hun huidige lijden ver zou overtreffen. Dit is absoluut waar; de heerlijkheid die ons te wachten staat is absoluut groter dan het lijden dat we nu dragen.
De oprechte verwachting van de schepping
“Want het schepsel, als met opgestoken hoofde, verwacht de openbaring der kinderen Gods. Want het schepsel is der ijdelheid onderworpen, niet gewillig, maar om diens wil, die het der ijdelheid onderworpen heeft; Op hoop, dat ook het schepsel zelf zal vrijgemaakt worden van de dienstbaarheid der verderfenis, tot de vrijheid der heerlijkheid der kinderen Gods” (Romeinen 8:19-21).
De hele schepping van God verlangt ernaar verlost te worden van het verderf van zonde. Om bevrijdt te worden, moet het Koninkrijk van God op deze aarde gevestigd zijn. Deze schepsels wachten ook op de kinderen van God om de meesters van het Duizendjarige Koninkrijk te worden. Alle schepsels wachten dus op de dag waarop de zonen van God met Hem zullen regeren, gekleed in Gods heerlijkheid, op de komst van het Koninkrijk van God.
Wachten op de verlossing van ons lichaam
“Want wij weten, dat het ganse schepsel te zamen zucht, en te zamen als in barensnood is tot nu toe. En niet alleen dit, maar ook wij zelven, die de eerstelingen des Geestes hebben, wij ook zelven, zeg ik, zuchten in onszelven, verwachtende de aanneming tot kinderen, namelijk de verlossing onzes lichaams. Want wij zijn in hope zalig geworden. De hoop nu, die gezien wordt, is geen hoop; want hetgeen iemand ziet, waarom zal hij het ook hopen? Maar indien wij hopen, hetgeen wij niet zien, zo verwachten wij het met lijdzaamheid” (Romeinen 8:22-25).
Zij die in het evangelie van de gerechtigheid van God geloven, zijn gered van al hun zonden. Zij wachten op het Koninkrijk van God, op de dag dat het komt, met volharding door al hun lijden. Zij lijden onophoudelijk voor het evangelie en door te lijden wordt hun hoop op het Koninkrijk van God nog serieuzer. Dit is voor hen niet meer dan normaal. Zij wachten niet op het soort hoop dat gezien wordt door de ogen van het vlees, maar in plaats daarvan, wachten zij op het Koninkrijk van God dat niet gezien kan worden en op hun eigen transformatie.
Mensen en alle andere dingen in de wereld van vandaag leiden een onbeschrijflijk uitputtend leven. Naarmate de tijd verstrijkt, verandert de wereld en de hoop op de toekomst neemt toe in de harten van de mensen naarmate de technologie en de civilisatie groeit. Zij verwachten in de toekomst een paradijs op aarde te zien maar ze worden angstig, nerveus en somber terwijl ze zich afvragen waarom het ondanks alle vooruitgang zo lang duurt. Computers, auto’s en andere technologische en wetenschappelijke vooruitgang gaan door, maar het wordt steeds moeilijker om iemand te horen lachen.
Is er hoop op een toekomst voor de mensheid? Het antwoord is helaas nee. Volgens het Woord van Openbaringen, als ook volgens de mening van de wetenschappers, staan ons rampen te wachten door een tekort aan water, de vernietiging van de ozonlaag, droogte en ontbossing wat ertoe zal leiden dat veel mensen sterven aan dorst en hitte. Kunt u voelen hoe al deze rampen op ons wachten in uw hart?
Leven we in een prettige wereld? In sommige opzichten lijkt het misschien prettig. Wat is er dat niet met geld gekocht kan worden? We hebben schoon water nodig en een gezonde omgeving. Toch wordt de ozonlaag vernietigd, waardoor dodelijke stralen door de atmosfeer kunnen dringen, terwijl ultraviolette stralen ervoor zorgen dat planten muteren en de harten van de mensen verharden. Mensen maken zich steeds meer zorgen, “Wat zal er gebeuren met deze wereld?” Maar wij, de wedergeboren gelovigen, geloven, in tegenstelling tot de rest van de wereld, dat we zullen deelnemen in de eerste herrijzenis en dat we samen met Jezus voor duizend jaar zullen regeren.
De Bijbel vertelt ons dat de Heer Zelf weer uit de hemel zal neerdalen met een geroep, met de stem van een aartsengel en met de bazuin Gods (1 Thessalonicensen 4:16). De vraag is ‘wanneer’ Hij zal komen. Onze Heer beloofde dat Hij zou komen om de mensen die in het evangelie van het water, het bloed en de Geest geloven, mee te nemen en dus wachten we op die dag.
Zij die wedergeboren zijn geloven in dit evangelie. “Mijn zonden werden aan Jezus doorgegeven toen Hij gedoopt werd, en ik geloof in de Heer als de Verlosser die veroordeeld werd in mijn plaats voor mijn zonden.” God heeft ons de zaligmaking geschonken door Zijn eniggeboren Zoon, Jezus Christus. Hij zal terugkomen om Zijn volk te herrijzen en hun duizend jaar laten regeren op deze aarde. De Bijbel is als een plaatjespuzzel die door de lezer in elkaar moet worden gezet.
Toen Jezus voor de eerste keer naar deze wereld kwam, kwam Hij om de zondaars op te roepen zich te bekeren. Hij droeg hun zonden op Zijn lichaam door Zijn doopsel en werd voor hun veroordeeld door het bloed dat Hij vergoot aan het Kruis. Wanneer de Heer, die nu in de hemel verblijft, terugkomt, zal Hij allen die in Gods gerechtigheid geloven, laten herrijzen om duizend jaar met Hem te regeren.
Het Duizendjarige Koninkrijk
Diegenen die echt van anderen in deze wereld houden, zijn de kinderen van God. Zij zijn de enige mensen die het evangelie van Gods gerechtigheid aan elke verloren ziel brengen om hun voor Christus te winnen. Belonen de mensen van deze wereld de kinderen van God? Nee. Wie beloont hun dan? Als Jezus terugkomt, zal Hij hen belonen door diegenen die wedergeboren zijn uit de dood op te wekken en hen duizend jaar lang te laten regeren.
Het Duizendjarige Koninkrijk is voor ons, de wedergeboren gelovigen. Zelfs als de huidige wereld verwoest wordt, zullen wij in een nieuwe wereld leven als onze Heer terugkomt. Daar zal de Heer ons toestaan om met Hem te regeren en gelukkige en vreugdige levens te leiden zo lang als we willen.
Paulus zei in Romeinen 8:23, “En niet alleen dit, maar ook wij zelven, die de eerstelingen des Geestes hebben, wij ook zelven, zeg ik, zuchten in onszelven, verwachtende de aanneming tot kinderen, namelijk de verlossing onzes lichaams.” Wacht u op die dag? Zelfs wij die de eerstelingen van de Geest hebben, kreunen in onszelven en wachten reikhalzend op de verlossing van ons lichaam. God zei dat Hij ons zou herrijzen, ons lichaam zou veranderen en ons toe zou staan om met Hem te leven. Wij, die wedergeboren zijn als de rechtvaardigen, hopen en wachten op Zijn tweede komst door de Heilige Geest.
We kreunen in onszelf. De wedergeboren gelovigen weten wat er met deze wereld gebeuren zal. Wat de waarzeggers voorspellen over de toekomst, betekent niets. De wedergeboren gelovigen weten precies wat er in de toekomst gaat gebeuren. Zelfs als de wereld zou veranderen in wat wij precies hadden voorspeld, zou niemand ons nu geloven. Maar zij die in het geschreven Woord van God geloven, wachten gewoon zonder op te scheppen. Zelfs als andere mensen die Gods woord niet erkennen hen met minachting bekijken, leven zij met hoop.
Zij die niet geloven, moeten daarom de zaligmaking ontvangen voordat hun leven eindigt. Zij moeten geloven dat Jezus hun zonden op Zich nam door Zijn doopsel en dat Hij in onze plaats veroordeeld werd aan het Kruis. Pas dan zullen zij in staat zijn om het Koninkrijk van God op de laatste dag binnen te gaan. We zullen dan worden beloond en Zijn Koninkrijk binnengaan om een eeuwig leven te hebben.
Bent u verdrietig? Bent u vermoeid? Of bent u tevreden met uw leven? We moeten duidelijk weten en geloven hoe Jezus onze Verlosser werd voordat we overlijden. We moeten ons ook voorbereiden op ons leven in de Hemel. Deze wereld is niet alles; doordat we deze waarheid kennen, moeten we ons voorbereiden om in de Hemel te leven. Dit is wat de wijzen doen. Leeft u met plezier dag in dag uit? Zoja, dan bent u een dwaas persoon. Zij die zich het betere wensen, dat wil zeggen, een hemels land en zich voorbereiden om hun dromen waar te maken door het binnen te gaan, zijn daarentegen de wijzen die echt hun huis op de rots bouwen.
In het Duizendjarige Koninkrijk
God maakte ons naar Zijn eigen beeld en wilde dat wij voor altijd met Hem zouden leven. Daarom kwam de Heer naar deze aarde, ontving Zijn doopsel en vergoot Zijn bloed om ons van al onze zonden te verlossen. Zij die in de gerechtigheid van God geloven, leven met de Heer en de Heer zal hen ervoor belonen. Onze Heer zal de tranen van onze ogen drogen en ons belonen voor alle ontberingen en eenzaamheid die we hebben doorstaan.
God vernieuwt alle dingen. Hij zal een nieuwe wereld laten komen, waar een zuigeling zijn hand in een adderhol kan steken en niet gebeten zal worden (Jesaja 11:8). We moeten geloven in en reikhalzend wachten op wat niet wordt gezien en met volharding hopen op die dag. Als we zeggen dat we wachten op wat we zien, zijn we dwaas. Als we daarentegen wachten op wat we niet zien en in het Woord van God geloven, zijn we wijs. Na onze zaligmaking wachten we op de heerlijkheid die, hoewel momenteel onzichtbaar voor onze ogen, zeker zal komen.
God Zelf kreunt meer dan ons maar Hij laat ons nog steeds wachten. Wij wachten reikhalzend op de verandering van ons vlees in geestelijke lichamen en om te regeren wanneer onze tijd komt. Wat zegt de Heilige Geest die in ons aanwezig is? Waarop laat Hij ons wachten? Hij laat ons wachten op het Duizendjarige Koninkrijk. De Heer wacht om onze lichamen te vernieuwen en met ons te leven. We wachten ook om duizend jaar te regeren met God.
Halleluja! We danken onze Heer.
Christenen leven met hun hoop op de hemel en zij hebben vertrouwen in hun hoop. Dit vertrouwen is niet gebaseerd op onze emotionele gevoelens, maar op het Woord van God, die niet liegt.
Copyright © 2021 by The New Life Mission