Search
မြန်မာဘာသာစကား
မြန်မာဘာသာစကား
ကိုဗစ်-၁၉ကပ်ရောဂါနှင့်အပြည်ပြည်ဆိုင်ရာစာပို့လုပ်ငန်းဝန်ဆောင်မှုများပျက်ပြားခြင်းကြောင့်ကျွန်ုပ်တို့၏ 'အခမဲ့ပုံနှိပ်စာအုပ်ဝန်ဆောင်မှု' ကိုယာယီရပ်ဆိုင်းလိုက်သည်။
ဤအခြေအနေ၏အခြေအနေအရကျွန်ုပ်တို့သည်ယခုအချိန်တွင်သင့်အားစာအုပ်များမပို့နိုင်သေးပေ။ ဤကပ်ရောဂါသည်မကြာမီကုန်ဆုံးပြီးစာတိုက်လုပ်ငန်းပြန်လည်စတင်ရန်ဆုတောင်းပါ။

ခရစ်ယာန်ယုံကြည်မှုနှင့်ပတ်သက်သောမေးခွန်းများ

ဘာသာ ၁ - ရေနှင့်ဝိညာဥ်တော်အားဖြင့် ဒုတိယမွေးဖွားခြင်း

1-27. Welke Schriftgedeelten leveren bewijs dat “de Apostelen grote nadruk legden op de Doop van Jezus”?

Bovenal moeten wij de betekenis van onze doop onderscheiden van die van de doop van Jezus. Wij kunnen niet wedergeboren worden door alleen de waterdoop te ontvangen. Wij kunnen alleen wedergeboren worden door in Jezus Christus te geloven. Rituelen zoals de doop of besnijdenis zijn geen onmisbare voorwaarden voor de zaligheid Gods. De Bijbel definieert de waterdoop der gelovigen niet als een must voor hun zaligheid. In plaats daarvan legt zij grote nadruk op de doop die Jezus van Johannes de Doper ontving.
In feite ondersteunen veel Bijbelpassages dat de doop van Jezus onmisbaar en essentieel is voor onze zaligheid. Allereerst wordt Zijn doop verkondigd als de proloog van Zijn gehele rechtvaardige daad in elk van de vier Evangeliën. Bijvoorbeeld, het evangelie naar Markus begint met het evangelie van Jezus Christus, precies vanaf de doop van Jezus. En het Evangelie naar Johannes schreef het evangelie in datumvolgorde, gebruikmakend van terminologieën zoals ‘des anderen daags’ (Johannes 1:29), en ‘op den derden dag’ (Johannes 2:1), beginnend vanaf de dag dat Jezus werd gedoopt.
Johannes de Doper verkondigde het Woord Gods op de dag na Jezus’ doop, zeggende: “Zie het Lam Gods, Dat de zonde der wereld wegneemt!” (Johannes 1:29) Deze passage betekent dat alle zonden der wereld op Jezus werden overgedragen toen Johannes de Doper Hem doopte. En daarna stierf Hij aan het Kruis voor de verzoening van onze zonden, zeggende: “Het is volbracht!” (Johannes 19:30), en stond op de derde dag weer op uit de doden.
De Apostel Paulus zei ook: “Christus gestorven is voor onze zonden, naar de Schriften.” (1 Corinthiërs 15:3) De Schriften hier verwijst naar het Oude Testament. Hoe brachten zondaren offers om zonde weg te nemen in het Oude Testament? Hij moest zijn handen op het hoofd van het zondoffer leggen voordat hij het slachtte. Als hij het proces van “het leggen van zijn handen op het hoofd van het zondoffer” had nagelaten, zou hij geen verzoening hebben kunnen doen voor de zonde omdat het een onwettig offer is.
De Apostel Paulus zei: “Of weet gij niet, dat zovelen als wij in Christus Jezus gedoopt zijn, wij in Zijn dood gedoopt zijn?” (Romeinen 6:3) Hoe kan het dan mogelijk zijn dat wij in Jezus gedoopt zijn? In Christus Jezus gedoopt te zijn betekent te geloven in Zijn doop in de Jordaan, niet alleen in onze eigen waterdopen. Wanneer wij geloven in het feit dat Johannes de Doper al onze zonden op Hem overdroeg door zijn handen op Jezus’ hoofd te leggen, kunnen wij in Hem gedoopt worden.
“Want zovelen als gij in Christus gedoopt zijt, hebt gij Christus aangedaan.” (Galaten 3:27) Zij die al hun zonden door het geloof via Johannes de Doper op Jezus overdroegen, zijn Gods zondeloze kinderen geworden.
“In Welken gij ook besneden zijt met een besnijdenis, die zonder handen geschiedt, in de uittrekking van het lichaam der zonden des vleses, door de besnijdenis van Christus.” (Colossenzen 2:11) De Apostel Paulus zei dat de weg om verlost te worden van zonde door het uittrekken van het lichaam der zonden des vleses is om geestelijk besneden te worden zonder handen (Romeinen 2:29 zegt: “De besnijdenis is die des harten”). Dat is, te geloven in de doop van Jezus, die de zonden in onze harten afsnijdt.
“Waarvan het tegenbeeld, de doop, ons nu ook behoudt, niet die een aflegging is der vuiligheid des lichaams, maar die een vraag is van een goed geweten tot God, door de opstanding van Jezus Christus.” (1 Petrus 3:21) De doop is een egenbeeld dat ons behoudt. Zoals wij reeds weten, kwamen de mensen om in de dagen van Noach omdat zij niet in het water geloofden. Ook vandaag zijn er nog ongehoorzame mensen die zouden omkomen ook al geloven zij in Jezus, omdat zij niet geloven in Jezus’ doop, die het water is.
De Apostel Johannes openbaarde alles over het evangelie in zijn eerste Brief, schrijvende: “Deze is het, Die gekomen is door water en bloed, namelijk Jezus, de Christus; niet door het water alleen, maar door het water en het bloed.” (1 Johannes 5:6) Jezus kwam tot ons door zowel Zijn doop als het Kruis om ons van al onze zonden te verlossen. Johannes zei ook: “Want drie zijn er die getuigen, de Geest, en het water, en het bloed; en die drie zijn tot een—ASV.” (1 Johannes 5:8) Dit vertelt ons dat de doop van Jezus, het Kruis, en de Geest samen één volmaakte zaligheid vormen.
Jezus zei tegen Nicodemus: “Voorwaar, voorwaar zeg Ik u: Zo iemand niet geboren wordt uit water en Geest, hij kan in het Koninkrijk Gods niet ingaan.” (Johannes 3:5) Wij zijn wedergeboren uit water en Geest. Het geloof in Zijn doop des waters en het Kruis is alles wat u nodig hebt om verlost te worden en de Heilige Geest als gave te ontvangen. Dit is wat de Bijbel zegt over “wedergeboren worden”.
Aldus zei de Apostel Petrus: “Bekeert u, en een iegelijk van u worde gedoopt in den Naam van Jezus Christus, tot vergeving(wegneemt) der zonden; en gij zult de gave des Heiligen Geestes ontvangen.” (Handelingen 2:38) Om al uw zonden weggenomen te krijgen en de gave des Heiligen Geestes te ontvangen, moet u met heel uw hart onwankelbaar geloof hebben in de doop van Jezus. Wat kunnen wij nog meer zeggen? Ontken niet de waarheid dat zoveel passages Zijn doop ondersteunen als een onmisbare daad van Zijn gerechtigheid voor onze zaligheid. Het christendom moet terugkeren naar het evangelie van het water en de Geest.
“Daarom, nalatende het beginsel der leer van Christus, laat ons tot de volmaaktheid voortvaren; niet wederom leggende het fondament van de bekering van dode werken, en van het geloof in God, (Van het onderwijs der dopen—ASV), en van de oplegging der handen, en van de opstanding der doden, en van het eeuwig oordeel.” (Hebreeën 6:1-2) Hier kunnen wij een aanwijzing vinden naar het oorspronkelijke evangelie van de Vroege Kerk. Zij onderwezen de dopen, de oplegging der handen, de opstanding uit de doden, en het eeuwig oordeel aan hen die pas christen waren geworden.

Wij allen moeten in onze harten geloven dat Jezus al onze zonden wegnam door Zijn doop en stierf aan het Kruis om geoordeeld te worden voor onze zonden volgens de rechtvaardige Wet Gods.